Kansenmonitor

Gemeente Wageningen

Deze gemeente wordt omringd door de de gemeentes Rhenen, Renkum, Overbetuwe, Ede, Veenendaal, Arnhem, Neder-Betuwe, Beuningen en Druten. Wageningen bevat postcodegroep 670X.

Ben je benieuwd naar de verschilen met buurtgemeentes? Ga dan naar de Kansenkaart. Ben je benieuwd naar de verschillen tussen bevolkingsgroepen binnen de gemeente? Kijk dan verder.

Inkomen

Persoonlijk inkomen
Vrouwelijke dertigers, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld een persoonlijk inkomen van € 28.952.
Vrouwelijke dertigers met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld een persoonlijk inkomen van € 29.071.
Vrouwelijke dertigers met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld een persoonlijk inkomen van € 29.501.
Vrouwelijke dertigers, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld een persoonlijk inkomen van € 30.670.
Dertigers met een Surinaamse migratieachtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld een persoonlijk inkomen van € 33.136.
Dertigers, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld een persoonlijk inkomen van € 34.258.
Dertigers met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld een persoonlijk inkomen van € 34.430.
Vrouwelijke dertigers die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld een persoonlijk inkomen van € 35.100.
Vrouwelijke dertigers met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld een persoonlijk inkomen van € 35.117.
Dertigers met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld een persoonlijk inkomen van € 37.202.
Dertigers, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld een persoonlijk inkomen van € 37.318.
Vrouwelijke dertigers met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld een persoonlijk inkomen van € 38.370.
Vrouwelijke dertigers, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld een persoonlijk inkomen van € 38.540.
Mannelijke dertigers, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld een persoonlijk inkomen van € 38.933.
Mannelijke dertigers met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld een persoonlijk inkomen van € 39.693.
Dertigers die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld een persoonlijk inkomen van € 41.515.
Dertigers met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld een persoonlijk inkomen van € 42.091.
Mannelijke dertigers, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld een persoonlijk inkomen van € 45.884.
Dertigers, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld een persoonlijk inkomen van € 47.423.
Mannelijke dertigers met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld een persoonlijk inkomen van € 47.458.
Mannelijke dertigers die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld een persoonlijk inkomen van € 47.964.
Dertigers met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld een persoonlijk inkomen van € 48.255.
Mannelijke dertigers met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld een persoonlijk inkomen van € 49.279.
Mannelijke dertigers, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld een persoonlijk inkomen van € 57.807.
Mannelijke dertigers met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld een persoonlijk inkomen van € 59.518.
Uurloon
Werkende mannelijke dertigers in loondienst met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld een uurloon van € 15,40.
Werkende dertigers in loondienst met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld een uurloon van € 15,90.
Werkende vrouwelijke dertigers in loondienst, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld een uurloon van € 16,20.
Werkende dertigers in loondienst, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld een uurloon van € 16,40.
Werkende vrouwelijke dertigers in loondienst met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld een uurloon van € 16,40.
Werkende vrouwelijke dertigers in loondienst met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld een uurloon van € 16,50.
Werkende mannelijke dertigers in loondienst, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld een uurloon van € 16,50.
Werkende dertigers in loondienst met een Surinaamse migratieachtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld een uurloon van € 16,70.
Werkende vrouwelijke dertigers in loondienst, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld een uurloon van € 16,80.
Werkende dertigers in loondienst, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld een uurloon van € 16,90.
Werkende dertigers in loondienst met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld een uurloon van € 16,90.
Werkende mannelijke dertigers in loondienst, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld een uurloon van € 17,20.
Werkende mannelijke dertigers in loondienst met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld een uurloon van € 17,30.
Werkende vrouwelijke dertigers in loondienst die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld een uurloon van € 18,20.
Werkende vrouwelijke dertigers in loondienst met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld een uurloon van € 18,20.
Werkende dertigers in loondienst die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld een uurloon van € 18,30.
Werkende dertigers in loondienst met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld een uurloon van € 18,40.
Werkende mannelijke dertigers in loondienst die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld een uurloon van € 18,50.
Werkende mannelijke dertigers in loondienst met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld een uurloon van € 18,50.
Werkende vrouwelijke dertigers in loondienst met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld een uurloon van € 19,10.
Werkende vrouwelijke dertigers in loondienst, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld een uurloon van € 19,20.
Werkende dertigers in loondienst, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld een uurloon van € 19,80.
Werkende dertigers in loondienst met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld een uurloon van € 19,80.
Werkende mannelijke dertigers in loondienst, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld een uurloon van € 20,50.
Werkende mannelijke dertigers in loondienst met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld een uurloon van € 20,70.
Uurloon minder dan €11
Onder mannelijke dertigers in loondienst met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, verdient 4,3% minder dan €11 per uur.
Onder mannelijke dertigers in loondienst, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, verdient 4,5% minder dan €11 per uur.
Onder dertigers in loondienst met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, verdient 5,3% minder dan €11 per uur.
Onder vrouwelijke dertigers in loondienst met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, verdient 6,3% minder dan €11 per uur.
Onder dertigers in loondienst, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, verdient 6,6% minder dan €11 per uur.
Onder mannelijke dertigers in loondienst met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen verdient 6,8% minder dan €11 per uur.
Onder vrouwelijke dertigers in loondienst met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, verdient 6,9% minder dan €11 per uur.
Onder vrouwelijke dertigers in loondienst, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, verdient 7,5% minder dan €11 per uur.
Onder dertigers in loondienst met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, verdient 8,1% minder dan €11 per uur.
Onder mannelijke dertigers in loondienst die opgroeiden in de gemeente Wageningen verdient 8,3% minder dan €11 per uur.
Onder dertigers in loondienst met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen verdient 8,5% minder dan €11 per uur.
Onder vrouwelijke dertigers in loondienst, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, verdient 8,8% minder dan €11 per uur.
Onder dertigers in loondienst die opgroeiden in de gemeente Wageningen verdient 9,3% minder dan €11 per uur.
Onder mannelijke dertigers in loondienst met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, verdient 9,3% minder dan €11 per uur.
Onder dertigers in loondienst, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, verdient 9,5% minder dan €11 per uur.
Onder vrouwelijke dertigers in loondienst die opgroeiden in de gemeente Wageningen verdient 10,3% minder dan €11 per uur.
Onder vrouwelijke dertigers in loondienst met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen verdient 10,3% minder dan €11 per uur.
Onder mannelijke dertigers in loondienst, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, verdient 11,3% minder dan €11 per uur.
Onder mannelijke dertigers in loondienst met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, verdient 12,7% minder dan €11 per uur.
Onder mannelijke dertigers in loondienst, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, verdient 12,9% minder dan €11 per uur.
Onder dertigers in loondienst, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, verdient 14,6% minder dan €11 per uur.
Onder dertigers in loondienst met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, verdient 15,9% minder dan €11 per uur.
Onder vrouwelijke dertigers in loondienst, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, verdient 16,4% minder dan €11 per uur.
Onder vrouwelijke dertigers in loondienst met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, verdient 19,2% minder dan €11 per uur.
Uurloon minder dan €14
Onder vrouwelijke dertigers in loondienst met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, verdient 17,2% minder dan €14 per uur.
Onder dertigers in loondienst met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, verdient 19,3% minder dan €14 per uur.
Onder mannelijke dertigers in loondienst, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, verdient 20,8% minder dan €14 per uur.
Onder mannelijke dertigers in loondienst met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, verdient 21,2% minder dan €14 per uur.
Onder dertigers in loondienst, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, verdient 21,4% minder dan €14 per uur.
Onder vrouwelijke dertigers in loondienst, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, verdient 22,1% minder dan €14 per uur.
Onder vrouwelijke dertigers in loondienst met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, verdient 22,1% minder dan €14 per uur.
Onder vrouwelijke dertigers in loondienst, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, verdient 24,5% minder dan €14 per uur.
Onder vrouwelijke dertigers in loondienst met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen verdient 25,0% minder dan €14 per uur.
Onder dertigers in loondienst met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, verdient 25,7% minder dan €14 per uur.
Onder vrouwelijke dertigers in loondienst die opgroeiden in de gemeente Wageningen verdient 26,4% minder dan €14 per uur.
Onder dertigers in loondienst met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen verdient 26,7% minder dan €14 per uur.
Onder dertigers in loondienst, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, verdient 27,3% minder dan €14 per uur.
Onder dertigers in loondienst die opgroeiden in de gemeente Wageningen verdient 28,0% minder dan €14 per uur.
Onder mannelijke dertigers in loondienst met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen verdient 28,4% minder dan €14 per uur.
Onder mannelijke dertigers in loondienst die opgroeiden in de gemeente Wageningen verdient 29,4% minder dan €14 per uur.
Onder mannelijke dertigers in loondienst met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, verdient 29,5% minder dan €14 per uur.
Onder mannelijke dertigers in loondienst, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, verdient 29,6% minder dan €14 per uur.
Onder vrouwelijke dertigers in loondienst, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, verdient 33,4% minder dan €14 per uur.
Onder vrouwelijke dertigers in loondienst met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, verdient 36,8% minder dan €14 per uur.
Onder dertigers in loondienst, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, verdient 41,3% minder dan €14 per uur.
Onder dertigers in loondienst met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, verdient 44,1% minder dan €14 per uur.
Onder mannelijke dertigers in loondienst, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, verdient 48,6% minder dan €14 per uur.
Onder mannelijke dertigers in loondienst met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, verdient 50,9% minder dan €14 per uur.
Bijstand
Onder mannelijke dertigers die opgroeiden in de gemeente Wageningen ontvangt 1,7% het meeste inkomen uit een bijstandsuitkering.
Onder dertigers met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen ontvangt 1,9% het meeste inkomen uit een bijstandsuitkering.
Onder dertigers die opgroeiden in de gemeente Wageningen ontvangt 2,2% het meeste inkomen uit een bijstandsuitkering.
Onder vrouwelijke dertigers met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen ontvangt 2,3% het meeste inkomen uit een bijstandsuitkering.
Onder vrouwelijke dertigers die opgroeiden in de gemeente Wageningen ontvangt 2,8% het meeste inkomen uit een bijstandsuitkering.
Onder dertigers, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, ontvangt 3,9% het meeste inkomen uit een bijstandsuitkering.
Onder dertigers met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, ontvangt 4,4% het meeste inkomen uit een bijstandsuitkering.

mannelijk vrouwelijk laag inkomen middeninkomen hoog inkomen Nederlands Turks Marokkaans Surinaams Antilliaans

Werk

Werkt
Onder vrouwelijke dertigers met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, ontvangt 74,3% het meeste inkomen uit werk.
Onder vrouwelijke dertigers, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, ontvangt 75,3% het meeste inkomen uit werk.
Onder dertigers met een Surinaamse migratieachtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen ontvangt 78,1% het meeste inkomen uit werk.
Onder dertigers met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, ontvangt 81,2% het meeste inkomen uit werk.
Onder vrouwelijke dertigers die opgroeiden in de gemeente Wageningen ontvangt 81,4% het meeste inkomen uit werk.
Onder dertigers, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, ontvangt 81,7% het meeste inkomen uit werk.
Onder vrouwelijke dertigers met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen ontvangt 82,5% het meeste inkomen uit werk.
Onder dertigers die opgroeiden in de gemeente Wageningen ontvangt 84,7% het meeste inkomen uit werk.
Onder vrouwelijke dertigers, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, ontvangt 85,5% het meeste inkomen uit werk.
Onder dertigers met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen ontvangt 85,7% het meeste inkomen uit werk.
Onder vrouwelijke dertigers met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, ontvangt 86,2% het meeste inkomen uit werk.
Onder vrouwelijke dertigers, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, ontvangt 86,6% het meeste inkomen uit werk.
Onder vrouwelijke dertigers met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, ontvangt 87,2% het meeste inkomen uit werk.
Onder mannelijke dertigers, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, ontvangt 87,3% het meeste inkomen uit werk.
Onder dertigers, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, ontvangt 87,6% het meeste inkomen uit werk.
Onder mannelijke dertigers die opgroeiden in de gemeente Wageningen ontvangt 87,9% het meeste inkomen uit werk.
Onder mannelijke dertigers met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, ontvangt 88,1% het meeste inkomen uit werk.
Onder mannelijke dertigers met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen ontvangt 89,0% het meeste inkomen uit werk.
Onder dertigers, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, ontvangt 89,0% het meeste inkomen uit werk.
Onder dertigers met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, ontvangt 89,1% het meeste inkomen uit werk.
Onder dertigers met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, ontvangt 89,8% het meeste inkomen uit werk.
Onder mannelijke dertigers, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, ontvangt 90,1% het meeste inkomen uit werk.
Onder mannelijke dertigers met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, ontvangt 91,7% het meeste inkomen uit werk.
Onder mannelijke dertigers, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, ontvangt 91,8% het meeste inkomen uit werk.
Onder mannelijke dertigers met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, ontvangt 93,9% het meeste inkomen uit werk.
Gewerkte uren per week
Vrouwelijke dertigers in loondienst met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, werken gemiddeld 24,5 uur per week.
Vrouwelijke dertigers in loondienst, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, werken gemiddeld 24,5 uur per week.
Vrouwelijke dertigers in loondienst met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, werken gemiddeld 24,8 uur per week.
Vrouwelijke dertigers in loondienst, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, werken gemiddeld 25,0 uur per week.
Vrouwelijke dertigers in loondienst die opgroeiden in de gemeente Wageningen werken gemiddeld 25,5 uur per week.
Vrouwelijke dertigers in loondienst met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen werken gemiddeld 25,6 uur per week.
Vrouwelijke dertigers in loondienst, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, werken gemiddeld 26,3 uur per week.
Vrouwelijke dertigers in loondienst met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, werken gemiddeld 26,4 uur per week.
Dertigers in loondienst met een Surinaamse migratieachtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen werken gemiddeld 26,8 uur per week.
Dertigers in loondienst, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, werken gemiddeld 28,7 uur per week.
Dertigers in loondienst met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, werken gemiddeld 28,9 uur per week.
Dertigers in loondienst, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, werken gemiddeld 29,5 uur per week.
Dertigers in loondienst met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, werken gemiddeld 29,5 uur per week.
Dertigers in loondienst die opgroeiden in de gemeente Wageningen werken gemiddeld 29,7 uur per week.
Dertigers in loondienst met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen werken gemiddeld 29,8 uur per week.
Dertigers in loondienst, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, werken gemiddeld 30,1 uur per week.
Dertigers in loondienst met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, werken gemiddeld 30,5 uur per week.
Mannelijke dertigers in loondienst, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, werken gemiddeld 32,3 uur per week.
Mannelijke dertigers in loondienst met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, werken gemiddeld 32,5 uur per week.
Mannelijke dertigers in loondienst die opgroeiden in de gemeente Wageningen werken gemiddeld 33,6 uur per week.
Mannelijke dertigers in loondienst met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen werken gemiddeld 33,8 uur per week.
Mannelijke dertigers in loondienst, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, werken gemiddeld 34,4 uur per week.
Mannelijke dertigers in loondienst met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, werken gemiddeld 34,8 uur per week.
Mannelijke dertigers in loondienst, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, werken gemiddeld 35,0 uur per week.
Mannelijke dertigers in loondienst met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, werken gemiddeld 35,8 uur per week.
Vast arbeidscontract
Onder vrouwelijke dertigers in loondienst met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft 27,9% een vast contract.
Onder vrouwelijke dertigers in loondienst met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft 29,5% een vast contract.
Onder vrouwelijke dertigers in loondienst, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft 30,1% een vast contract.
Onder vrouwelijke dertigers in loondienst met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft 30,2% een vast contract.
Onder vrouwelijke dertigers in loondienst met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen heeft 31,5% een vast contract.
Onder dertigers in loondienst met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft 31,5% een vast contract.
Onder vrouwelijke dertigers in loondienst, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft 31,6% een vast contract.
Onder dertigers in loondienst met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft 31,7% een vast contract.
Onder dertigers in loondienst met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft 32,1% een vast contract.
Onder dertigers in loondienst, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft 32,2% een vast contract.
Onder dertigers in loondienst met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen heeft 32,4% een vast contract.
Onder vrouwelijke dertigers in loondienst, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft 32,7% een vast contract.
Onder dertigers in loondienst, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft 33,3% een vast contract.
Onder mannelijke dertigers in loondienst met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen heeft 33,4% een vast contract.
Onder mannelijke dertigers in loondienst met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft 33,4% een vast contract.
Onder mannelijke dertigers in loondienst met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft 33,6% een vast contract.
Onder vrouwelijke dertigers in loondienst die opgroeiden in de gemeente Wageningen heeft 34,0% een vast contract.
Onder mannelijke dertigers in loondienst, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft 35,1% een vast contract.
Onder dertigers in loondienst die opgroeiden in de gemeente Wageningen heeft 35,2% een vast contract.
Onder mannelijke dertigers in loondienst, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft 35,2% een vast contract.
Onder mannelijke dertigers in loondienst met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft 36,0% een vast contract.
Onder mannelijke dertigers in loondienst die opgroeiden in de gemeente Wageningen heeft 36,3% een vast contract.
Onder dertigers in loondienst, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft 37,2% een vast contract.
Onder mannelijke dertigers in loondienst, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft 41,0% een vast contract.
Onder dertigers in loondienst met een Surinaamse migratieachtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen heeft 51,9% een vast contract.

mannelijk vrouwelijk laag inkomen middeninkomen hoog inkomen Nederlands Turks Marokkaans Surinaams Antilliaans

Vermogen

Vermogen
Vrouwelijke 35-jarigen, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld een vermogen van € 32.402.
Vrouwelijke 35-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld een vermogen van € 32.797.
35-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld een vermogen van € 38.450.
Vrouwelijke 35-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld een vermogen van € 40.430.
35-jarigen, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld een vermogen van € 41.819.
Vrouwelijke 35-jarigen, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld een vermogen van € 43.250.
Mannelijke 35-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld een vermogen van € 44.499.
35-jarigen, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld een vermogen van € 45.057.
35-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld een vermogen van € 47.356.
Mannelijke 35-jarigen, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld een vermogen van € 48.476.
Mannelijke 35-jarigen, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld een vermogen van € 49.715.
Mannelijke 35-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld een vermogen van € 55.525.
Vrouwelijke 35-jarigen die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld een vermogen van € 63.260.
Vrouwelijke 35-jarigen met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld een vermogen van € 65.933.
35-jarigen die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld een vermogen van € 67.719.
35-jarigen met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld een vermogen van € 69.471.
Mannelijke 35-jarigen die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld een vermogen van € 72.150.
Mannelijke 35-jarigen met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld een vermogen van € 72.834.
Vrouwelijke 35-jarigen, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld een vermogen van € 84.590.
Vrouwelijke 35-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld een vermogen van € 94.159.
35-jarigen, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld een vermogen van € 98.260.
35-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld een vermogen van € 108.456.
Mannelijke 35-jarigen, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld een vermogen van € 110.567.
Mannelijke 35-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld een vermogen van € 121.041.
Vermogen zonder woning en hypotheekschuld
Vrouwelijke 35-jarigen, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld een vermogen zonder eigen woning en hypotheekschuld van € 15.431.
Vrouwelijke 35-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld een vermogen zonder eigen woning en hypotheekschuld van € 16.136.
Vrouwelijke 35-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld een vermogen zonder eigen woning en hypotheekschuld van € 19.185.
35-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld een vermogen zonder eigen woning en hypotheekschuld van € 20.841.
35-jarigen, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld een vermogen zonder eigen woning en hypotheekschuld van € 21.642.
Vrouwelijke 35-jarigen, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld een vermogen zonder eigen woning en hypotheekschuld van € 22.375.
Mannelijke 35-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld een vermogen zonder eigen woning en hypotheekschuld van € 25.565.
Mannelijke 35-jarigen, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld een vermogen zonder eigen woning en hypotheekschuld van € 27.003.
35-jarigen, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld een vermogen zonder eigen woning en hypotheekschuld van € 28.432.
Vrouwelijke 35-jarigen die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld een vermogen zonder eigen woning en hypotheekschuld van € 31.786.
35-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld een vermogen zonder eigen woning en hypotheekschuld van € 31.824.
Vrouwelijke 35-jarigen met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld een vermogen zonder eigen woning en hypotheekschuld van € 33.917.
35-jarigen die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld een vermogen zonder eigen woning en hypotheekschuld van € 35.596.
Vrouwelijke 35-jarigen, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld een vermogen zonder eigen woning en hypotheekschuld van € 35.907.
Mannelijke 35-jarigen, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld een vermogen zonder eigen woning en hypotheekschuld van € 35.934.
Vrouwelijke 35-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld een vermogen zonder eigen woning en hypotheekschuld van € 37.426.
35-jarigen met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld een vermogen zonder eigen woning en hypotheekschuld van € 38.486.
Mannelijke 35-jarigen die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld een vermogen zonder eigen woning en hypotheekschuld van € 39.382.
Mannelijke 35-jarigen met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld een vermogen zonder eigen woning en hypotheekschuld van € 42.829.
Mannelijke 35-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld een vermogen zonder eigen woning en hypotheekschuld van € 45.677.
35-jarigen, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld een vermogen zonder eigen woning en hypotheekschuld van € 53.835.
35-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld een vermogen zonder eigen woning en hypotheekschuld van € 59.885.
Mannelijke 35-jarigen, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld een vermogen zonder eigen woning en hypotheekschuld van € 69.895.
Mannelijke 35-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld een vermogen zonder eigen woning en hypotheekschuld van € 78.726.
Koopwoning
Onder mannelijke 35-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, woont gemiddeld 9.848% in een koopwoning.
Onder mannelijke 35-jarigen, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, woont gemiddeld 12.542% in een koopwoning.
Onder 35-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, woont gemiddeld 15.532% in een koopwoning.
Onder 35-jarigen, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, woont gemiddeld 16.625% in een koopwoning.
Onder vrouwelijke 35-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, woont gemiddeld 16.661% in een koopwoning.
Onder vrouwelijke 35-jarigen, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, woont gemiddeld 16.971% in een koopwoning.
Onder 35-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, woont gemiddeld 17.609% in een koopwoning.
Onder mannelijke 35-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, woont gemiddeld 18.934% in een koopwoning.
Onder 35-jarigen, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, woont gemiddeld 20.177% in een koopwoning.
Onder vrouwelijke 35-jarigen, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, woont gemiddeld 20.876% in een koopwoning.
Onder vrouwelijke 35-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, woont gemiddeld 21.244% in een koopwoning.
Onder mannelijke 35-jarigen, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, woont gemiddeld 22.712% in een koopwoning.
Onder mannelijke 35-jarigen met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen woont gemiddeld 30.005% in een koopwoning.
Onder 35-jarigen met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen woont gemiddeld 30.985% in een koopwoning.
Onder vrouwelijke 35-jarigen die opgroeiden in de gemeente Wageningen woont gemiddeld 31.474% in een koopwoning.
Onder vrouwelijke 35-jarigen met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen woont gemiddeld 32.017% in een koopwoning.
Onder 35-jarigen die opgroeiden in de gemeente Wageningen woont gemiddeld 32.123% in een koopwoning.
Onder mannelijke 35-jarigen die opgroeiden in de gemeente Wageningen woont gemiddeld 32.768% in een koopwoning.
Onder mannelijke 35-jarigen, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, woont gemiddeld 40.671% in een koopwoning.
Onder mannelijke 35-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, woont gemiddeld 42.315% in een koopwoning.
Onder 35-jarigen, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, woont gemiddeld 44.426% in een koopwoning.
Onder 35-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, woont gemiddeld 48.571% in een koopwoning.
Onder vrouwelijke 35-jarigen, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, woont gemiddeld 48.683% in een koopwoning.
Onder vrouwelijke 35-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, woont gemiddeld 56.733% in een koopwoning.
Schenking ouders
Onder vrouwelijke 35-jarigen, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft 0,8% een schenking ontvangen.
Onder vrouwelijke 35-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft 1,0% een schenking ontvangen.
Onder 35-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft 1,7% een schenking ontvangen.
Onder vrouwelijke 35-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft 2,0% een schenking ontvangen.
Onder 35-jarigen, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft 2,3% een schenking ontvangen.
Onder mannelijke 35-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft 2,4% een schenking ontvangen.
Onder vrouwelijke 35-jarigen, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft 2,8% een schenking ontvangen.
Onder 35-jarigen, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft 3,0% een schenking ontvangen.
Onder 35-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft 3,1% een schenking ontvangen.
Onder vrouwelijke 35-jarigen die opgroeiden in de gemeente Wageningen heeft 3,2% een schenking ontvangen.
Onder mannelijke 35-jarigen, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft 3,3% een schenking ontvangen.
Onder mannelijke 35-jarigen, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft 3,5% een schenking ontvangen.
Onder vrouwelijke 35-jarigen met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen heeft 3,9% een schenking ontvangen.
Onder mannelijke 35-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft 4,2% een schenking ontvangen.
Onder 35-jarigen die opgroeiden in de gemeente Wageningen heeft 4,7% een schenking ontvangen.
Onder vrouwelijke 35-jarigen, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft 4,8% een schenking ontvangen.
Onder 35-jarigen met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen heeft 5,4% een schenking ontvangen.
Onder vrouwelijke 35-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft 5,8% een schenking ontvangen.
Onder 35-jarigen, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft 6,1% een schenking ontvangen.
Onder mannelijke 35-jarigen die opgroeiden in de gemeente Wageningen heeft 6,2% een schenking ontvangen.
Onder 35-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft 6,5% een schenking ontvangen.
Onder mannelijke 35-jarigen met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen heeft 6,8% een schenking ontvangen.
Onder mannelijke 35-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft 7,1% een schenking ontvangen.
Onder mannelijke 35-jarigen, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft 7,4% een schenking ontvangen.
Waarde schenking ouders
Vrouwelijke 35-jarigen, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, ontvangen schenkingen van hun ouders met gemiddeld een waarde van € 223.
Vrouwelijke 35-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, ontvangen schenkingen van hun ouders met gemiddeld een waarde van € 278.
35-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, ontvangen schenkingen van hun ouders met gemiddeld een waarde van € 1.132.
35-jarigen, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, ontvangen schenkingen van hun ouders met gemiddeld een waarde van € 1.145.
Mannelijke 35-jarigen, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, ontvangen schenkingen van hun ouders met gemiddeld een waarde van € 1.882.
Mannelijke 35-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, ontvangen schenkingen van hun ouders met gemiddeld een waarde van € 1.922.
Vrouwelijke 35-jarigen die opgroeiden in de gemeente Wageningen ontvangen schenkingen van hun ouders met gemiddeld een waarde van € 2.124.
Mannelijke 35-jarigen, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, ontvangen schenkingen van hun ouders met gemiddeld een waarde van € 2.306.
Vrouwelijke 35-jarigen, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, ontvangen schenkingen van hun ouders met gemiddeld een waarde van € 2.392.
Vrouwelijke 35-jarigen met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen ontvangen schenkingen van hun ouders met gemiddeld een waarde van € 2.695.
Vrouwelijke 35-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, ontvangen schenkingen van hun ouders met gemiddeld een waarde van € 2.881.
Mannelijke 35-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, ontvangen schenkingen van hun ouders met gemiddeld een waarde van € 2.899.
35-jarigen die opgroeiden in de gemeente Wageningen ontvangen schenkingen van hun ouders met gemiddeld een waarde van € 3.270.
35-jarigen, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, ontvangen schenkingen van hun ouders met gemiddeld een waarde van € 3.394.
35-jarigen, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, ontvangen schenkingen van hun ouders met gemiddeld een waarde van € 3.930.
35-jarigen met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen ontvangen schenkingen van hun ouders met gemiddeld een waarde van € 3.962.
35-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, ontvangen schenkingen van hun ouders met gemiddeld een waarde van € 4.087.
35-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, ontvangen schenkingen van hun ouders met gemiddeld een waarde van € 4.106.
Mannelijke 35-jarigen die opgroeiden in de gemeente Wageningen ontvangen schenkingen van hun ouders met gemiddeld een waarde van € 4.408.
Vrouwelijke 35-jarigen, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, ontvangen schenkingen van hun ouders met gemiddeld een waarde van € 4.490.
Mannelijke 35-jarigen met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen ontvangen schenkingen van hun ouders met gemiddeld een waarde van € 5.166.
Vrouwelijke 35-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, ontvangen schenkingen van hun ouders met gemiddeld een waarde van € 5.233.
Mannelijke 35-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, ontvangen schenkingen van hun ouders met gemiddeld een waarde van € 5.268.
Mannelijke 35-jarigen, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, ontvangen schenkingen van hun ouders met gemiddeld een waarde van € 5.381.

mannelijk vrouwelijk laag inkomen middeninkomen hoog inkomen Nederlands Turks Marokkaans Surinaams Antilliaans

Wonen

Woonoppervlak groep 8
Mannelijke leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 27,0 m² woonoppervlak per lid van het huishouden.
Mannelijke leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 28,0 m² woonoppervlak per lid van het huishouden.
Leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 29,0 m² woonoppervlak per lid van het huishouden.
Leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 29,0 m² woonoppervlak per lid van het huishouden.
Vrouwelijke leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 29,0 m² woonoppervlak per lid van het huishouden.
Vrouwelijke leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 31,0 m² woonoppervlak per lid van het huishouden.
Vrouwelijke leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 32,0 m² woonoppervlak per lid van het huishouden.
Vrouwelijke leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 32,0 m² woonoppervlak per lid van het huishouden.
Leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 32,0 m² woonoppervlak per lid van het huishouden.
Leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 32,0 m² woonoppervlak per lid van het huishouden.
Mannelijke leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 32,0 m² woonoppervlak per lid van het huishouden.
Mannelijke leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 32,0 m² woonoppervlak per lid van het huishouden.
Vrouwelijke leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 32,0 m² woonoppervlak per lid van het huishouden.
Vrouwelijke leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 32,0 m² woonoppervlak per lid van het huishouden.
Leerlingen in groep 8 die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld 34,0 m² woonoppervlak per lid van het huishouden.
Vrouwelijke leerlingen in groep 8 die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld 34,0 m² woonoppervlak per lid van het huishouden.
Leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 34,0 m² woonoppervlak per lid van het huishouden.
Mannelijke leerlingen in groep 8 die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld 35,0 m² woonoppervlak per lid van het huishouden.
Vrouwelijke leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld 35,0 m² woonoppervlak per lid van het huishouden.
Leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 35,0 m² woonoppervlak per lid van het huishouden.
Leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld 36,0 m² woonoppervlak per lid van het huishouden.
Mannelijke leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld 36,0 m² woonoppervlak per lid van het huishouden.
Mannelijke leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 36,0 m² woonoppervlak per lid van het huishouden.
Mannelijke leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 37,0 m² woonoppervlak per lid van het huishouden.
Woonoppervlak 16-jarigen
Vrouwelijke 16-jarigen, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 29,0 m² woonoppervlak per lid van het huishouden.
Vrouwelijke 16-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 29,0 m² woonoppervlak per lid van het huishouden.
16-jarigen, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 30,0 m² woonoppervlak per lid van het huishouden.
16-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 30,0 m² woonoppervlak per lid van het huishouden.
Mannelijke 16-jarigen, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 31,0 m² woonoppervlak per lid van het huishouden.
Mannelijke 16-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 32,0 m² woonoppervlak per lid van het huishouden.
16-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 34,0 m² woonoppervlak per lid van het huishouden.
Mannelijke 16-jarigen, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 34,0 m² woonoppervlak per lid van het huishouden.
Mannelijke 16-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 34,0 m² woonoppervlak per lid van het huishouden.
Vrouwelijke 16-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 34,0 m² woonoppervlak per lid van het huishouden.
16-jarigen, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 35,0 m² woonoppervlak per lid van het huishouden.
Vrouwelijke 16-jarigen, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 35,0 m² woonoppervlak per lid van het huishouden.
Vrouwelijke 16-jarigen die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld 36,0 m² woonoppervlak per lid van het huishouden.
16-jarigen die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld 37,0 m² woonoppervlak per lid van het huishouden.
Mannelijke 16-jarigen die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld 37,0 m² woonoppervlak per lid van het huishouden.
Vrouwelijke 16-jarigen met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld 37,0 m² woonoppervlak per lid van het huishouden.
16-jarigen, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 37,0 m² woonoppervlak per lid van het huishouden.
Vrouwelijke 16-jarigen, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 37,0 m² woonoppervlak per lid van het huishouden.
16-jarigen met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld 38,0 m² woonoppervlak per lid van het huishouden.
Mannelijke 16-jarigen met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld 38,0 m² woonoppervlak per lid van het huishouden.
16-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 38,0 m² woonoppervlak per lid van het huishouden.
Mannelijke 16-jarigen, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 38,0 m² woonoppervlak per lid van het huishouden.
Mannelijke 16-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 38,0 m² woonoppervlak per lid van het huishouden.
Vrouwelijke 16-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 38,0 m² woonoppervlak per lid van het huishouden.
Woonoppervlak dertigers
Vrouwelijke dertigers, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 39,0 m² woonoppervlak per lid van het huishouden.
Vrouwelijke dertigers met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 39,0 m² woonoppervlak per lid van het huishouden.
Vrouwelijke dertigers die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld 41,0 m² woonoppervlak per lid van het huishouden.
Vrouwelijke dertigers met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld 41,0 m² woonoppervlak per lid van het huishouden.
Vrouwelijke dertigers met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 41,0 m² woonoppervlak per lid van het huishouden.
Vrouwelijke dertigers, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 41,0 m² woonoppervlak per lid van het huishouden.
Dertigers met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 42,0 m² woonoppervlak per lid van het huishouden.
Vrouwelijke dertigers met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 42,0 m² woonoppervlak per lid van het huishouden.
Dertigers met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld 43,0 m² woonoppervlak per lid van het huishouden.
Mannelijke dertigers met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 43,0 m² woonoppervlak per lid van het huishouden.
Dertigers die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld 44,0 m² woonoppervlak per lid van het huishouden.
Mannelijke dertigers, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 44,0 m² woonoppervlak per lid van het huishouden.
Dertigers, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 44,0 m² woonoppervlak per lid van het huishouden.
Dertigers, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 44,0 m² woonoppervlak per lid van het huishouden.
Dertigers, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 45,0 m² woonoppervlak per lid van het huishouden.
Dertigers met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 45,0 m² woonoppervlak per lid van het huishouden.
Dertigers met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 45,0 m² woonoppervlak per lid van het huishouden.
Mannelijke dertigers die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld 46,0 m² woonoppervlak per lid van het huishouden.
Mannelijke dertigers met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld 46,0 m² woonoppervlak per lid van het huishouden.
Vrouwelijke dertigers, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 46,0 m² woonoppervlak per lid van het huishouden.
Mannelijke dertigers, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 47,0 m² woonoppervlak per lid van het huishouden.
Mannelijke dertigers met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 48,0 m² woonoppervlak per lid van het huishouden.
Mannelijke dertigers, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 50,0 m² woonoppervlak per lid van het huishouden.
Mannelijke dertigers met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 52,0 m² woonoppervlak per lid van het huishouden.

mannelijk vrouwelijk laag inkomen middeninkomen hoog inkomen Nederlands Turks Marokkaans Surinaams Antilliaans

Gezondheid

Ziekenhuis
Onder mannelijke dertigers met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, maakte 28,3% gebruik van ziekenhuiszorg.
Onder mannelijke dertigers, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, maakte 28,5% gebruik van ziekenhuiszorg.
Onder mannelijke dertigers, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, maakte 33,4% gebruik van ziekenhuiszorg.
Onder mannelijke dertigers met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, maakte 35,9% gebruik van ziekenhuiszorg.
Onder mannelijke dertigers die opgroeiden in de gemeente Wageningen maakte 36,3% gebruik van ziekenhuiszorg.
Onder mannelijke dertigers met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen maakte 37,7% gebruik van ziekenhuiszorg.
Onder mannelijke dertigers, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, maakte 44,4% gebruik van ziekenhuiszorg.
Onder mannelijke dertigers met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, maakte 45,5% gebruik van ziekenhuiszorg.
Onder dertigers, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, maakte 50,0% gebruik van ziekenhuiszorg.
Onder dertigers met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, maakte 50,1% gebruik van ziekenhuiszorg.
Onder dertigers, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, maakte 50,5% gebruik van ziekenhuiszorg.
Onder dertigers die opgroeiden in de gemeente Wageningen maakte 52,7% gebruik van ziekenhuiszorg.
Onder dertigers met een Surinaamse migratieachtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen maakte 53,1% gebruik van ziekenhuiszorg.
Onder dertigers met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen maakte 53,3% gebruik van ziekenhuiszorg.
Onder dertigers met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, maakte 53,8% gebruik van ziekenhuiszorg.
Onder dertigers, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, maakte 56,1% gebruik van ziekenhuiszorg.
Onder dertigers met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, maakte 56,3% gebruik van ziekenhuiszorg.
Onder vrouwelijke dertigers met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, maakte 64,4% gebruik van ziekenhuiszorg.
Onder vrouwelijke dertigers, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, maakte 65,4% gebruik van ziekenhuiszorg.
Onder vrouwelijke dertigers met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen maakte 68,4% gebruik van ziekenhuiszorg.
Onder vrouwelijke dertigers, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, maakte 68,4% gebruik van ziekenhuiszorg.
Onder vrouwelijke dertigers die opgroeiden in de gemeente Wageningen maakte 69,0% gebruik van ziekenhuiszorg.
Onder vrouwelijke dertigers met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, maakte 69,1% gebruik van ziekenhuiszorg.
Onder vrouwelijke dertigers, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, maakte 69,9% gebruik van ziekenhuiszorg.
Onder vrouwelijke dertigers met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, maakte 72,0% gebruik van ziekenhuiszorg.
Geestelijke gezondheidszorg (basis)
Onder mannelijke dertigers met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, maakte 4,2% gebruik van basis-geestelijke gezondheidszorg.
Onder mannelijke dertigers met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, maakte 5,0% gebruik van basis-geestelijke gezondheidszorg.
Onder mannelijke dertigers met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, maakte 5,0% gebruik van basis-geestelijke gezondheidszorg.
Onder mannelijke dertigers met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen maakte 5,2% gebruik van basis-geestelijke gezondheidszorg.
Onder mannelijke dertigers, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, maakte 5,2% gebruik van basis-geestelijke gezondheidszorg.
Onder dertigers met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, maakte 5,6% gebruik van basis-geestelijke gezondheidszorg.
Onder mannelijke dertigers, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, maakte 6,2% gebruik van basis-geestelijke gezondheidszorg.
Onder mannelijke dertigers die opgroeiden in de gemeente Wageningen maakte 6,5% gebruik van basis-geestelijke gezondheidszorg.
Onder mannelijke dertigers, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, maakte 6,5% gebruik van basis-geestelijke gezondheidszorg.
Onder dertigers, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, maakte 6,6% gebruik van basis-geestelijke gezondheidszorg.
Onder vrouwelijke dertigers, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, maakte 6,8% gebruik van basis-geestelijke gezondheidszorg.
Onder dertigers, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, maakte 6,9% gebruik van basis-geestelijke gezondheidszorg.
Onder vrouwelijke dertigers met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, maakte 7,1% gebruik van basis-geestelijke gezondheidszorg.
Onder dertigers met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, maakte 7,1% gebruik van basis-geestelijke gezondheidszorg.
Onder dertigers met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen maakte 7,5% gebruik van basis-geestelijke gezondheidszorg.
Onder dertigers, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, maakte 7,6% gebruik van basis-geestelijke gezondheidszorg.
Onder dertigers die opgroeiden in de gemeente Wageningen maakte 8,0% gebruik van basis-geestelijke gezondheidszorg.
Onder vrouwelijke dertigers, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, maakte 8,0% gebruik van basis-geestelijke gezondheidszorg.
Onder dertigers met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, maakte 8,4% gebruik van basis-geestelijke gezondheidszorg.
Onder vrouwelijke dertigers met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, maakte 9,3% gebruik van basis-geestelijke gezondheidszorg.
Onder vrouwelijke dertigers die opgroeiden in de gemeente Wageningen maakte 9,5% gebruik van basis-geestelijke gezondheidszorg.
Onder vrouwelijke dertigers met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen maakte 9,8% gebruik van basis-geestelijke gezondheidszorg.
Onder vrouwelijke dertigers, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, maakte 10,1% gebruik van basis-geestelijke gezondheidszorg.
Onder vrouwelijke dertigers met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, maakte 11,9% gebruik van basis-geestelijke gezondheidszorg.
Geestelijke gezondheidszorg (specialistisch)
Onder vrouwelijke dertigers met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen maakte 4,7% gebruik van specialistische geestelijke gezondheidszorg.
Onder dertigers met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen maakte 4,8% gebruik van specialistische geestelijke gezondheidszorg.
Onder dertigers met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, maakte 4,8% gebruik van specialistische geestelijke gezondheidszorg.
Onder vrouwelijke dertigers die opgroeiden in de gemeente Wageningen maakte 4,9% gebruik van specialistische geestelijke gezondheidszorg.
Onder mannelijke dertigers met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen maakte 5,0% gebruik van specialistische geestelijke gezondheidszorg.
Onder dertigers met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, maakte 5,1% gebruik van specialistische geestelijke gezondheidszorg.
Onder dertigers, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, maakte 5,1% gebruik van specialistische geestelijke gezondheidszorg.
Onder dertigers die opgroeiden in de gemeente Wageningen maakte 5,2% gebruik van specialistische geestelijke gezondheidszorg.
Onder dertigers, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, maakte 5,4% gebruik van specialistische geestelijke gezondheidszorg.
Onder mannelijke dertigers die opgroeiden in de gemeente Wageningen maakte 5,5% gebruik van specialistische geestelijke gezondheidszorg.
Onder vrouwelijke dertigers, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, maakte 6,1% gebruik van specialistische geestelijke gezondheidszorg.
Medicijnen
Onder mannelijke dertigers met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, gebruikte 41,8% medicijnen.
Onder mannelijke dertigers, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, gebruikte 42,3% medicijnen.
Onder mannelijke dertigers met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen gebruikte 49,3% medicijnen.
Onder mannelijke dertigers die opgroeiden in de gemeente Wageningen gebruikte 50,1% medicijnen.
Onder mannelijke dertigers met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, gebruikte 51,9% medicijnen.
Onder mannelijke dertigers, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, gebruikte 52,6% medicijnen.
Onder dertigers, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, gebruikte 53,2% medicijnen.
Onder mannelijke dertigers met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, gebruikte 53,2% medicijnen.
Onder dertigers met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, gebruikte 53,9% medicijnen.
Onder mannelijke dertigers, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, gebruikte 55,1% medicijnen.
Onder dertigers met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen gebruikte 58,4% medicijnen.
Onder dertigers die opgroeiden in de gemeente Wageningen gebruikte 58,6% medicijnen.
Onder dertigers met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, gebruikte 60,0% medicijnen.
Onder dertigers, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, gebruikte 60,8% medicijnen.
Onder dertigers met een Surinaamse migratieachtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen gebruikte 62,5% medicijnen.
Onder vrouwelijke dertigers, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, gebruikte 62,5% medicijnen.
Onder dertigers, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, gebruikte 63,4% medicijnen.
Onder dertigers met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, gebruikte 64,0% medicijnen.
Onder vrouwelijke dertigers met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, gebruikte 64,4% medicijnen.
Onder vrouwelijke dertigers met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, gebruikte 67,0% medicijnen.
Onder vrouwelijke dertigers die opgroeiden in de gemeente Wageningen gebruikte 67,1% medicijnen.
Onder vrouwelijke dertigers, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, gebruikte 67,1% medicijnen.
Onder vrouwelijke dertigers met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen gebruikte 67,2% medicijnen.
Onder vrouwelijke dertigers, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, gebruikte 72,0% medicijnen.
Onder vrouwelijke dertigers met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, gebruikte 72,9% medicijnen.

mannelijk vrouwelijk laag inkomen middeninkomen hoog inkomen Nederlands Turks Marokkaans Surinaams Antilliaans

Zorgkosten

Zorgkosten van groep-8-leerlingen
Mannelijke leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld € 341 aan jaarlijkse zorgkosten.
Mannelijke leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld € 352 aan jaarlijkse zorgkosten.
Leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld € 409 aan jaarlijkse zorgkosten.
Vrouwelijke leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld € 413 aan jaarlijkse zorgkosten.
Leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld € 418 aan jaarlijkse zorgkosten.
Vrouwelijke leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld € 450 aan jaarlijkse zorgkosten.
Vrouwelijke leerlingen in groep 8 die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld € 455 aan jaarlijkse zorgkosten.
Leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld € 462 aan jaarlijkse zorgkosten.
Vrouwelijke leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld € 479 aan jaarlijkse zorgkosten.
Leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld € 479 aan jaarlijkse zorgkosten.
Vrouwelijke leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld € 481 aan jaarlijkse zorgkosten.
Vrouwelijke leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld € 487 aan jaarlijkse zorgkosten.
Mannelijke leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld € 509 aan jaarlijkse zorgkosten.
Mannelijke leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld € 520 aan jaarlijkse zorgkosten.
Leerlingen in groep 8 die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld € 535 aan jaarlijkse zorgkosten.
Leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld € 565 aan jaarlijkse zorgkosten.
Mannelijke leerlingen in groep 8 die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld € 614 aan jaarlijkse zorgkosten.
Vrouwelijke leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld € 626 aan jaarlijkse zorgkosten.
Mannelijke leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld € 645 aan jaarlijkse zorgkosten.
Mannelijke leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld € 652 aan jaarlijkse zorgkosten.
Leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld € 697 aan jaarlijkse zorgkosten.
Leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld € 732 aan jaarlijkse zorgkosten.
Mannelijke leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld € 748 aan jaarlijkse zorgkosten.
Vrouwelijke leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld € 801 aan jaarlijkse zorgkosten.
Zorgkosten van 16-jarigen
Mannelijke 16-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld € 384 aan jaarlijkse zorgkosten.
Mannelijke 16-jarigen, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld € 392 aan jaarlijkse zorgkosten.
Mannelijke 16-jarigen, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld € 473 aan jaarlijkse zorgkosten.
16-jarigen, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld € 492 aan jaarlijkse zorgkosten.
Mannelijke 16-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld € 494 aan jaarlijkse zorgkosten.
Mannelijke 16-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld € 496 aan jaarlijkse zorgkosten.
16-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld € 509 aan jaarlijkse zorgkosten.
Mannelijke 16-jarigen, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld € 512 aan jaarlijkse zorgkosten.
Mannelijke 16-jarigen met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld € 555 aan jaarlijkse zorgkosten.
Mannelijke 16-jarigen die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld € 576 aan jaarlijkse zorgkosten.
Vrouwelijke 16-jarigen, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld € 583 aan jaarlijkse zorgkosten.
Vrouwelijke 16-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld € 626 aan jaarlijkse zorgkosten.
16-jarigen met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld € 678 aan jaarlijkse zorgkosten.
16-jarigen die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld € 679 aan jaarlijkse zorgkosten.
16-jarigen, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld € 683 aan jaarlijkse zorgkosten.
16-jarigen, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld € 761 aan jaarlijkse zorgkosten.
16-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld € 781 aan jaarlijkse zorgkosten.
Vrouwelijke 16-jarigen die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld € 785 aan jaarlijkse zorgkosten.
Vrouwelijke 16-jarigen met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld € 799 aan jaarlijkse zorgkosten.
16-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld € 799 aan jaarlijkse zorgkosten.
Vrouwelijke 16-jarigen, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld € 861 aan jaarlijkse zorgkosten.
Vrouwelijke 16-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld € 991 aan jaarlijkse zorgkosten.
Vrouwelijke 16-jarigen, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld € 1.011 aan jaarlijkse zorgkosten.
Vrouwelijke 16-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld € 1.066 aan jaarlijkse zorgkosten.
Zorgkosten van dertigers
Mannelijke dertigers met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld € 685 aan jaarlijkse zorgkosten.
Mannelijke dertigers met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld € 856 aan jaarlijkse zorgkosten.
Mannelijke dertigers, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld € 863 aan jaarlijkse zorgkosten.
Mannelijke dertigers, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld € 917 aan jaarlijkse zorgkosten.
Dertigers met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld € 1.146 aan jaarlijkse zorgkosten.
Dertigers, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld € 1.194 aan jaarlijkse zorgkosten.
Dertigers met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld € 1.251 aan jaarlijkse zorgkosten.
Dertigers, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld € 1.319 aan jaarlijkse zorgkosten.
Mannelijke dertigers die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld € 1.457 aan jaarlijkse zorgkosten.
Vrouwelijke dertigers, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld € 1.575 aan jaarlijkse zorgkosten.
Dertigers die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld € 1.578 aan jaarlijkse zorgkosten.
Mannelijke dertigers met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld € 1.634 aan jaarlijkse zorgkosten.
Vrouwelijke dertigers met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld € 1.661 aan jaarlijkse zorgkosten.
Mannelijke dertigers, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld € 1.661 aan jaarlijkse zorgkosten.
Vrouwelijke dertigers met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld € 1.664 aan jaarlijkse zorgkosten.
Dertigers met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld € 1.690 aan jaarlijkse zorgkosten.
Vrouwelijke dertigers die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld € 1.701 aan jaarlijkse zorgkosten.
Vrouwelijke dertigers, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld € 1.739 aan jaarlijkse zorgkosten.
Vrouwelijke dertigers met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld € 1.746 aan jaarlijkse zorgkosten.
Dertigers, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld € 1.756 aan jaarlijkse zorgkosten.
Vrouwelijke dertigers, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld € 1.892 aan jaarlijkse zorgkosten.
Mannelijke dertigers met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld € 2.029 aan jaarlijkse zorgkosten.
Dertigers met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld € 2.089 aan jaarlijkse zorgkosten.
Vrouwelijke dertigers met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld € 2.199 aan jaarlijkse zorgkosten.

mannelijk vrouwelijk laag inkomen middeninkomen hoog inkomen Nederlands Turks Marokkaans Surinaams Antilliaans

Geboorte

Geboortegewicht
Mannelijke pasgeborenen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 8,2% kans op een te laag geboortegewicht.
Pasgeborenen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 9,0% kans op een te laag geboortegewicht.
Mannelijke pasgeborenen, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 9,5% kans op een te laag geboortegewicht.
Pasgeborenen, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 9,7% kans op een te laag geboortegewicht.
Vrouwelijke pasgeborenen, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 9,8% kans op een te laag geboortegewicht.
Mannelijke pasgeborenen met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld 10,0% kans op een te laag geboortegewicht.
Vrouwelijke pasgeborenen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 10,1% kans op een te laag geboortegewicht.
Mannelijke pasgeborenen, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 10,2% kans op een te laag geboortegewicht.
Pasgeborenen, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 10,8% kans op een te laag geboortegewicht.
Mannelijke pasgeborenen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 10,9% kans op een te laag geboortegewicht.
Mannelijke pasgeborenen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 10,9% kans op een te laag geboortegewicht.
Pasgeborenen met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld 11,1% kans op een te laag geboortegewicht.
Mannelijke pasgeborenen die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld 11,2% kans op een te laag geboortegewicht.
Pasgeborenen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 11,2% kans op een te laag geboortegewicht.
Vrouwelijke pasgeborenen, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 11,5% kans op een te laag geboortegewicht.
Vrouwelijke pasgeborenen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 11,5% kans op een te laag geboortegewicht.
Pasgeborenen die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld 11,9% kans op een te laag geboortegewicht.
Vrouwelijke pasgeborenen met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld 12,3% kans op een te laag geboortegewicht.
Mannelijke pasgeborenen, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 12,5% kans op een te laag geboortegewicht.
Vrouwelijke pasgeborenen die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld 12,6% kans op een te laag geboortegewicht.
Pasgeborenen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 13,1% kans op een te laag geboortegewicht.
Pasgeborenen, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 15,1% kans op een te laag geboortegewicht.
Vrouwelijke pasgeborenen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 15,2% kans op een te laag geboortegewicht.
Vrouwelijke pasgeborenen, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 17,9% kans op een te laag geboortegewicht.
Vroeggeboorte
Vrouwelijke pasgeborenen, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 5,3% kans op vroeggeboorte.
Vrouwelijke pasgeborenen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 5,7% kans op vroeggeboorte.
Pasgeborenen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 5,7% kans op vroeggeboorte.
Vrouwelijke pasgeborenen die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld 5,9% kans op vroeggeboorte.
Vrouwelijke pasgeborenen met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld 6,0% kans op vroeggeboorte.
Vrouwelijke pasgeborenen, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 6,1% kans op vroeggeboorte.
Vrouwelijke pasgeborenen, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 6,2% kans op vroeggeboorte.
Pasgeborenen die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld 6,3% kans op vroeggeboorte.
Pasgeborenen met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld 6,4% kans op vroeggeboorte.
Pasgeborenen, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 6,5% kans op vroeggeboorte.
Mannelijke pasgeborenen die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld 6,6% kans op vroeggeboorte.
Mannelijke pasgeborenen met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld 6,7% kans op vroeggeboorte.
Pasgeborenen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 6,8% kans op vroeggeboorte.
Pasgeborenen, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 6,9% kans op vroeggeboorte.
Vrouwelijke pasgeborenen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 6,9% kans op vroeggeboorte.
Pasgeborenen, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 7,0% kans op vroeggeboorte.
Mannelijke pasgeborenen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 7,2% kans op vroeggeboorte.
Mannelijke pasgeborenen, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 7,5% kans op vroeggeboorte.
Mannelijke pasgeborenen, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 7,6% kans op vroeggeboorte.
Mannelijke pasgeborenen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 7,8% kans op vroeggeboorte.
Pasgeborenen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 7,8% kans op vroeggeboorte.
Mannelijke pasgeborenen, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 7,8% kans op vroeggeboorte.
Mannelijke pasgeborenen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 8,6% kans op vroeggeboorte.
Perinatale sterfte
Onder geboorten, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, overlijdt 0,1% tijdens de zwangerschap of binnen 7 dagen na de geboorte.
Onder mannelijke geboorten, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, overlijdt 0,3% tijdens de zwangerschap of binnen 7 dagen na de geboorte.
Onder geboorten, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, overlijdt 0,4% tijdens de zwangerschap of binnen 7 dagen na de geboorte.
Onder mannelijke geboorten, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, overlijdt 0,4% tijdens de zwangerschap of binnen 7 dagen na de geboorte.
Onder mannelijke geboorten met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen overlijdt 0,5% tijdens de zwangerschap of binnen 7 dagen na de geboorte.
Onder geboorten met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, overlijdt 0,5% tijdens de zwangerschap of binnen 7 dagen na de geboorte.
Onder vrouwelijke geboorten, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, overlijdt 0,5% tijdens de zwangerschap of binnen 7 dagen na de geboorte.
Onder geboorten die opgroeiden in de gemeente Wageningen overlijdt 0,6% tijdens de zwangerschap of binnen 7 dagen na de geboorte.
Onder geboorten met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen overlijdt 0,6% tijdens de zwangerschap of binnen 7 dagen na de geboorte.
Onder mannelijke geboorten die opgroeiden in de gemeente Wageningen overlijdt 0,6% tijdens de zwangerschap of binnen 7 dagen na de geboorte.
Onder mannelijke geboorten met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, overlijdt 0,6% tijdens de zwangerschap of binnen 7 dagen na de geboorte.
Onder vrouwelijke geboorten die opgroeiden in de gemeente Wageningen overlijdt 0,7% tijdens de zwangerschap of binnen 7 dagen na de geboorte.
Onder vrouwelijke geboorten met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, overlijdt 0,7% tijdens de zwangerschap of binnen 7 dagen na de geboorte.
Onder vrouwelijke geboorten met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen overlijdt 0,8% tijdens de zwangerschap of binnen 7 dagen na de geboorte.
Onder mannelijke geboorten, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, overlijdt 1,0% tijdens de zwangerschap of binnen 7 dagen na de geboorte.
Onder mannelijke geboorten met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, overlijdt 1,1% tijdens de zwangerschap of binnen 7 dagen na de geboorte.
Onder geboorten, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, overlijdt 1,2% tijdens de zwangerschap of binnen 7 dagen na de geboorte.
Onder vrouwelijke geboorten, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, overlijdt 1,4% tijdens de zwangerschap of binnen 7 dagen na de geboorte.
Onder geboorten met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, overlijdt 1,6% tijdens de zwangerschap of binnen 7 dagen na de geboorte.
Onder vrouwelijke geboorten met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, overlijdt 2,1% tijdens de zwangerschap of binnen 7 dagen na de geboorte.
Neonatale sterfte
Onder geboorten, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, overlijdt 0,3% tijdens de zwangerschap of binnen 28 dagen na de geboorte.
Onder mannelijke geboorten, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, overlijdt 0,3% tijdens de zwangerschap of binnen 28 dagen na de geboorte.
Onder vrouwelijke geboorten, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, overlijdt 0,3% tijdens de zwangerschap of binnen 28 dagen na de geboorte.
Onder geboorten, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, overlijdt 0,4% tijdens de zwangerschap of binnen 28 dagen na de geboorte.
Onder mannelijke geboorten, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, overlijdt 0,4% tijdens de zwangerschap of binnen 28 dagen na de geboorte.
Onder mannelijke geboorten met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen overlijdt 0,5% tijdens de zwangerschap of binnen 28 dagen na de geboorte.
Onder geboorten met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, overlijdt 0,5% tijdens de zwangerschap of binnen 28 dagen na de geboorte.
Onder vrouwelijke geboorten, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, overlijdt 0,5% tijdens de zwangerschap of binnen 28 dagen na de geboorte.
Onder geboorten met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen overlijdt 0,6% tijdens de zwangerschap of binnen 28 dagen na de geboorte.
Onder mannelijke geboorten die opgroeiden in de gemeente Wageningen overlijdt 0,6% tijdens de zwangerschap of binnen 28 dagen na de geboorte.
Onder mannelijke geboorten met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, overlijdt 0,6% tijdens de zwangerschap of binnen 28 dagen na de geboorte.
Onder geboorten die opgroeiden in de gemeente Wageningen overlijdt 0,7% tijdens de zwangerschap of binnen 28 dagen na de geboorte.
Onder vrouwelijke geboorten met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, overlijdt 0,7% tijdens de zwangerschap of binnen 28 dagen na de geboorte.
Onder vrouwelijke geboorten die opgroeiden in de gemeente Wageningen overlijdt 0,8% tijdens de zwangerschap of binnen 28 dagen na de geboorte.
Onder vrouwelijke geboorten met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen overlijdt 0,8% tijdens de zwangerschap of binnen 28 dagen na de geboorte.
Onder mannelijke geboorten, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, overlijdt 1,0% tijdens de zwangerschap of binnen 28 dagen na de geboorte.
Onder mannelijke geboorten met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, overlijdt 1,1% tijdens de zwangerschap of binnen 28 dagen na de geboorte.
Onder geboorten, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, overlijdt 1,2% tijdens de zwangerschap of binnen 28 dagen na de geboorte.
Onder vrouwelijke geboorten, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, overlijdt 1,4% tijdens de zwangerschap of binnen 28 dagen na de geboorte.
Onder geboorten met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, overlijdt 1,6% tijdens de zwangerschap of binnen 28 dagen na de geboorte.
Onder vrouwelijke geboorten met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, overlijdt 2,1% tijdens de zwangerschap of binnen 28 dagen na de geboorte.
Zuigelingensterfte
Onder geboorten, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, overlijdt 0,3% tijdens de zwangerschap of binnen een jaar na de geboorte.
Onder mannelijke geboorten, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, overlijdt 0,3% tijdens de zwangerschap of binnen een jaar na de geboorte.
Onder vrouwelijke geboorten, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, overlijdt 0,3% tijdens de zwangerschap of binnen een jaar na de geboorte.
Onder mannelijke geboorten, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, overlijdt 0,4% tijdens de zwangerschap of binnen een jaar na de geboorte.
Onder mannelijke geboorten met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen overlijdt 0,6% tijdens de zwangerschap of binnen een jaar na de geboorte.
Onder geboorten, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, overlijdt 0,6% tijdens de zwangerschap of binnen een jaar na de geboorte.
Onder mannelijke geboorten met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, overlijdt 0,6% tijdens de zwangerschap of binnen een jaar na de geboorte.
Onder mannelijke geboorten die opgroeiden in de gemeente Wageningen overlijdt 0,7% tijdens de zwangerschap of binnen een jaar na de geboorte.
Onder geboorten met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, overlijdt 0,8% tijdens de zwangerschap of binnen een jaar na de geboorte.
Onder geboorten die opgroeiden in de gemeente Wageningen overlijdt 0,9% tijdens de zwangerschap of binnen een jaar na de geboorte.
Onder geboorten met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen overlijdt 0,9% tijdens de zwangerschap of binnen een jaar na de geboorte.
Onder vrouwelijke geboorten, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, overlijdt 1,0% tijdens de zwangerschap of binnen een jaar na de geboorte.
Onder mannelijke geboorten, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, overlijdt 1,0% tijdens de zwangerschap of binnen een jaar na de geboorte.
Onder vrouwelijke geboorten die opgroeiden in de gemeente Wageningen overlijdt 1,1% tijdens de zwangerschap of binnen een jaar na de geboorte.
Onder mannelijke geboorten met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, overlijdt 1,1% tijdens de zwangerschap of binnen een jaar na de geboorte.
Onder vrouwelijke geboorten met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen overlijdt 1,3% tijdens de zwangerschap of binnen een jaar na de geboorte.
Onder vrouwelijke geboorten met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, overlijdt 1,3% tijdens de zwangerschap of binnen een jaar na de geboorte.
Onder geboorten, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, overlijdt 1,8% tijdens de zwangerschap of binnen een jaar na de geboorte.
Onder geboorten met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, overlijdt 2,5% tijdens de zwangerschap of binnen een jaar na de geboorte.
Onder vrouwelijke geboorten, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, overlijdt 2,5% tijdens de zwangerschap of binnen een jaar na de geboorte.
Onder vrouwelijke geboorten met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, overlijdt 3,7% tijdens de zwangerschap of binnen een jaar na de geboorte.

mannelijk vrouwelijk laag inkomen middeninkomen hoog inkomen Nederlands Turks Marokkaans Surinaams Antilliaans

Onderwijsniveau

Volgt vmbo-GL of hoger
Vrouwelijke 16-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben 75,5% kans om vmbo‑GL of hoger te volgen.
16-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben 78,4% kans om vmbo‑GL of hoger te volgen.
Vrouwelijke 16-jarigen, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben 79,5% kans om vmbo‑GL of hoger te volgen.
16-jarigen, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben 80,8% kans om vmbo‑GL of hoger te volgen.
Mannelijke 16-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben 80,8% kans om vmbo‑GL of hoger te volgen.
Mannelijke 16-jarigen, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben 82,0% kans om vmbo‑GL of hoger te volgen.
16-jarigen met een Marokkaanse migratieachtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben 85,7% kans om vmbo‑GL of hoger te volgen.
Vrouwelijke 16-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben 90,4% kans om vmbo‑GL of hoger te volgen.
Vrouwelijke 16-jarigen, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben 90,6% kans om vmbo‑GL of hoger te volgen.
Vrouwelijke 16-jarigen die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben 92,2% kans om vmbo‑GL of hoger te volgen.
Vrouwelijke 16-jarigen met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben 92,4% kans om vmbo‑GL of hoger te volgen.
16-jarigen die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben 92,7% kans om vmbo‑GL of hoger te volgen.
16-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben 92,9% kans om vmbo‑GL of hoger te volgen.
16-jarigen met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben 93,1% kans om vmbo‑GL of hoger te volgen.
Mannelijke 16-jarigen die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben 93,2% kans om vmbo‑GL of hoger te volgen.
16-jarigen, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben 93,3% kans om vmbo‑GL of hoger te volgen.
Mannelijke 16-jarigen met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben 93,7% kans om vmbo‑GL of hoger te volgen.
Mannelijke 16-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben 96,1% kans om vmbo‑GL of hoger te volgen.
Mannelijke 16-jarigen, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben 96,2% kans om vmbo‑GL of hoger te volgen.
Mannelijke 16-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben 96,3% kans om vmbo‑GL of hoger te volgen.
Mannelijke 16-jarigen, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben 96,4% kans om vmbo‑GL of hoger te volgen.
16-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben 96,6% kans om vmbo‑GL of hoger te volgen.
16-jarigen, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben 96,7% kans om vmbo‑GL of hoger te volgen.
Vrouwelijke 16-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben 97,0% kans om vmbo‑GL of hoger te volgen.
Vrouwelijke 16-jarigen, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben 97,3% kans om vmbo‑GL of hoger te volgen.
Volgt havo of hoger
Vrouwelijke 16-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben 32,6% kans om havo of hoger te volgen.
16-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben 34,2% kans om havo of hoger te volgen.
Mannelijke 16-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben 35,4% kans om havo of hoger te volgen.
Vrouwelijke 16-jarigen, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben 37,9% kans om havo of hoger te volgen.
16-jarigen, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben 38,1% kans om havo of hoger te volgen.
Mannelijke 16-jarigen, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben 38,3% kans om havo of hoger te volgen.
16-jarigen met een Marokkaanse migratieachtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben 39,3% kans om havo of hoger te volgen.
Mannelijke 16-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben 57,2% kans om havo of hoger te volgen.
16-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben 57,3% kans om havo of hoger te volgen.
Vrouwelijke 16-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben 57,4% kans om havo of hoger te volgen.
Vrouwelijke 16-jarigen, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben 59,4% kans om havo of hoger te volgen.
16-jarigen, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben 59,9% kans om havo of hoger te volgen.
Mannelijke 16-jarigen, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben 60,6% kans om havo of hoger te volgen.
Mannelijke 16-jarigen die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben 65,9% kans om havo of hoger te volgen.
16-jarigen die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben 67,1% kans om havo of hoger te volgen.
Mannelijke 16-jarigen met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben 67,3% kans om havo of hoger te volgen.
Vrouwelijke 16-jarigen die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben 68,5% kans om havo of hoger te volgen.
16-jarigen met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben 68,9% kans om havo of hoger te volgen.
Vrouwelijke 16-jarigen met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben 70,4% kans om havo of hoger te volgen.
Mannelijke 16-jarigen, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben 76,8% kans om havo of hoger te volgen.
Mannelijke 16-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben 77,0% kans om havo of hoger te volgen.
16-jarigen, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben 80,2% kans om havo of hoger te volgen.
16-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben 80,3% kans om havo of hoger te volgen.
Vrouwelijke 16-jarigen, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben 83,6% kans om havo of hoger te volgen.
Vrouwelijke 16-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben 83,6% kans om havo of hoger te volgen.
Volgt vwo
Vrouwelijke 16-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben 12,0% kans om vwo te volgen.
16-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben 12,6% kans om vwo te volgen.
Mannelijke 16-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben 13,0% kans om vwo te volgen.
Vrouwelijke 16-jarigen, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben 14,9% kans om vwo te volgen.
16-jarigen, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben 15,1% kans om vwo te volgen.
Mannelijke 16-jarigen, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben 15,3% kans om vwo te volgen.
Vrouwelijke 16-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben 25,8% kans om vwo te volgen.
16-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben 26,3% kans om vwo te volgen.
Mannelijke 16-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben 26,9% kans om vwo te volgen.
Vrouwelijke 16-jarigen, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben 28,1% kans om vwo te volgen.
16-jarigen, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben 28,3% kans om vwo te volgen.
Mannelijke 16-jarigen, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben 28,4% kans om vwo te volgen.
Mannelijke 16-jarigen die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben 37,1% kans om vwo te volgen.
Mannelijke 16-jarigen met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben 38,0% kans om vwo te volgen.
16-jarigen die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben 38,6% kans om vwo te volgen.
Vrouwelijke 16-jarigen die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben 40,0% kans om vwo te volgen.
16-jarigen met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben 40,1% kans om vwo te volgen.
Vrouwelijke 16-jarigen met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben 42,2% kans om vwo te volgen.
Mannelijke 16-jarigen, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben 42,8% kans om vwo te volgen.
Mannelijke 16-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben 43,2% kans om vwo te volgen.
16-jarigen, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben 46,7% kans om vwo te volgen.
16-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben 47,0% kans om vwo te volgen.
Vrouwelijke 16-jarigen, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben 50,8% kans om vwo te volgen.
Vrouwelijke 16-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben 51,0% kans om vwo te volgen.
Startkwalificatie
Onder 21-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft 0,7%  een startkwalificatie behaald.
Onder mannelijke 21-jarigen, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft 0,7%  een startkwalificatie behaald.
Onder mannelijke 21-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft 0,7%  een startkwalificatie behaald.
Onder mannelijke 21-jarigen die opgroeiden in de gemeente Wageningen heeft 0,8%  een startkwalificatie behaald.
Onder mannelijke 21-jarigen met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen heeft 0,8%  een startkwalificatie behaald.
Onder mannelijke 21-jarigen, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft 0,8%  een startkwalificatie behaald.
Onder mannelijke 21-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft 0,8%  een startkwalificatie behaald.
Onder 21-jarigen, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft 0,8%  een startkwalificatie behaald.
Onder vrouwelijke 21-jarigen, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft 0,8%  een startkwalificatie behaald.
Onder vrouwelijke 21-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft 0,8%  een startkwalificatie behaald.
Onder 21-jarigen die opgroeiden in de gemeente Wageningen heeft 0,9%  een startkwalificatie behaald.
Onder 21-jarigen met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen heeft 0,9%  een startkwalificatie behaald.
Onder vrouwelijke 21-jarigen die opgroeiden in de gemeente Wageningen heeft 0,9%  een startkwalificatie behaald.
Onder vrouwelijke 21-jarigen met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen heeft 0,9%  een startkwalificatie behaald.
Onder 21-jarigen, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft 0,9%  een startkwalificatie behaald.
Onder 21-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft 0,9%  een startkwalificatie behaald.
Onder mannelijke 21-jarigen, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft 0,9%  een startkwalificatie behaald.
Onder mannelijke 21-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft 0,9%  een startkwalificatie behaald.
Onder vrouwelijke 21-jarigen, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft 0,9%  een startkwalificatie behaald.
Onder vrouwelijke 21-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft 0,9%  een startkwalificatie behaald.
Onder 21-jarigen, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft 0,9%  een startkwalificatie behaald.
Onder 21-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft 0,9%  een startkwalificatie behaald.
Onder vrouwelijke 21-jarigen, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft 0,9%  een startkwalificatie behaald.
Onder vrouwelijke 21-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft 0,9%  een startkwalificatie behaald.

mannelijk vrouwelijk laag inkomen middeninkomen hoog inkomen Nederlands Turks Marokkaans Surinaams Antilliaans

Studieniveau

Diploma op hogeschool of universiteit (21-jarigen)
Mannelijke 21-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 30,7% kans op het behalen van een hbo‑ of universitair diploma.
21-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 36,4% kans op het behalen van een hbo‑ of universitair diploma.
Mannelijke 21-jarigen, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 37,2% kans op het behalen van een hbo‑ of universitair diploma.
Vrouwelijke 21-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 42,4% kans op het behalen van een hbo‑ of universitair diploma.
21-jarigen, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 42,5% kans op het behalen van een hbo‑ of universitair diploma.
Vrouwelijke 21-jarigen, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 48,3% kans op het behalen van een hbo‑ of universitair diploma.
Mannelijke 21-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 56,2% kans op het behalen van een hbo‑ of universitair diploma.
Mannelijke 21-jarigen, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 56,9% kans op het behalen van een hbo‑ of universitair diploma.
21-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 57,9% kans op het behalen van een hbo‑ of universitair diploma.
21-jarigen, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 59,7% kans op het behalen van een hbo‑ of universitair diploma.
Vrouwelijke 21-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 60,9% kans op het behalen van een hbo‑ of universitair diploma.
Mannelijke 21-jarigen die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld 63,0% kans op het behalen van een hbo‑ of universitair diploma.
Mannelijke 21-jarigen met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld 63,1% kans op het behalen van een hbo‑ of universitair diploma.
Vrouwelijke 21-jarigen, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 63,4% kans op het behalen van een hbo‑ of universitair diploma.
21-jarigen die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld 67,3% kans op het behalen van een hbo‑ of universitair diploma.
21-jarigen met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld 67,9% kans op het behalen van een hbo‑ of universitair diploma.
Vrouwelijke 21-jarigen die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld 71,6% kans op het behalen van een hbo‑ of universitair diploma.
Vrouwelijke 21-jarigen met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld 72,5% kans op het behalen van een hbo‑ of universitair diploma.
Mannelijke 21-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 75,0% kans op het behalen van een hbo‑ of universitair diploma.
Mannelijke 21-jarigen, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 76,0% kans op het behalen van een hbo‑ of universitair diploma.
21-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 79,1% kans op het behalen van een hbo‑ of universitair diploma.
21-jarigen, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 79,3% kans op het behalen van een hbo‑ of universitair diploma.
Vrouwelijke 21-jarigen, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 82,3% kans op het behalen van een hbo‑ of universitair diploma.
Vrouwelijke 21-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 83,4% kans op het behalen van een hbo‑ of universitair diploma.
Diploma op hogeschool of universiteit (dertigers)
Mannelijke dertigers met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 26,4% kans op het behalen van een hbo‑ of universitair diploma.
Mannelijke dertigers met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 27,3% kans op het behalen van een hbo‑ of universitair diploma.
Dertigers met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 27,7% kans op het behalen van een hbo‑ of universitair diploma.
Vrouwelijke dertigers met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 28,9% kans op het behalen van een hbo‑ of universitair diploma.
Mannelijke dertigers, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 29,5% kans op het behalen van een hbo‑ of universitair diploma.
Mannelijke dertigers, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 30,5% kans op het behalen van een hbo‑ of universitair diploma.
Dertigers, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 31,2% kans op het behalen van een hbo‑ of universitair diploma.
Dertigers met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 31,6% kans op het behalen van een hbo‑ of universitair diploma.
Vrouwelijke dertigers, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 32,9% kans op het behalen van een hbo‑ of universitair diploma.
Dertigers, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 34,5% kans op het behalen van een hbo‑ of universitair diploma.
Vrouwelijke dertigers met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 34,9% kans op het behalen van een hbo‑ of universitair diploma.
Vrouwelijke dertigers, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 37,6% kans op het behalen van een hbo‑ of universitair diploma.
Mannelijke dertigers die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld 41,3% kans op het behalen van een hbo‑ of universitair diploma.
Mannelijke dertigers met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld 41,7% kans op het behalen van een hbo‑ of universitair diploma.
Dertigers met een Surinaamse migratieachtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld 43,8% kans op het behalen van een hbo‑ of universitair diploma.
Dertigers met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld 44,9% kans op het behalen van een hbo‑ of universitair diploma.
Dertigers die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld 45,4% kans op het behalen van een hbo‑ of universitair diploma.
Vrouwelijke dertigers met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld 48,0% kans op het behalen van een hbo‑ of universitair diploma.
Vrouwelijke dertigers die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld 49,4% kans op het behalen van een hbo‑ of universitair diploma.
Mannelijke dertigers, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 52,9% kans op het behalen van een hbo‑ of universitair diploma.
Mannelijke dertigers met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 52,9% kans op het behalen van een hbo‑ of universitair diploma.
Dertigers met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 57,4% kans op het behalen van een hbo‑ of universitair diploma.
Dertigers, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 57,6% kans op het behalen van een hbo‑ of universitair diploma.
Vrouwelijke dertigers met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 61,5% kans op het behalen van een hbo‑ of universitair diploma.
Vrouwelijke dertigers, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 61,7% kans op het behalen van een hbo‑ of universitair diploma.
Diploma op de universiteit (21-jarigen)
Mannelijke 21-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 12,6% kans op het behalen van een universitair diploma.
21-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 14,6% kans op het behalen van een universitair diploma.
Mannelijke 21-jarigen, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 14,8% kans op het behalen van een universitair diploma.
21-jarigen, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 15,1% kans op het behalen van een universitair diploma.
Vrouwelijke 21-jarigen, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 15,3% kans op het behalen van een universitair diploma.
Vrouwelijke 21-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 16,3% kans op het behalen van een universitair diploma.
Vrouwelijke 21-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 22,0% kans op het behalen van een universitair diploma.
Vrouwelijke 21-jarigen, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 22,2% kans op het behalen van een universitair diploma.
21-jarigen, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 24,8% kans op het behalen van een universitair diploma.
21-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 25,3% kans op het behalen van een universitair diploma.
Mannelijke 21-jarigen, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 28,2% kans op het behalen van een universitair diploma.
Mannelijke 21-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 29,1% kans op het behalen van een universitair diploma.
Mannelijke 21-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 32,2% kans op het behalen van een universitair diploma.
Mannelijke 21-jarigen met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld 33,7% kans op het behalen van een universitair diploma.
Mannelijke 21-jarigen die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld 34,1% kans op het behalen van een universitair diploma.
Mannelijke 21-jarigen, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 35,1% kans op het behalen van een universitair diploma.
21-jarigen die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld 35,5% kans op het behalen van een universitair diploma.
21-jarigen met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld 36,4% kans op het behalen van een universitair diploma.
Vrouwelijke 21-jarigen die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld 36,9% kans op het behalen van een universitair diploma.
21-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 38,8% kans op het behalen van een universitair diploma.
Vrouwelijke 21-jarigen met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld 39,0% kans op het behalen van een universitair diploma.
21-jarigen, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 40,3% kans op het behalen van een universitair diploma.
Vrouwelijke 21-jarigen, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 45,2% kans op het behalen van een universitair diploma.
Vrouwelijke 21-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 45,4% kans op het behalen van een universitair diploma.
Diploma op de universiteit (dertigers)
Dertigers met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 8,4% kans op het behalen van een universitair diploma.
Vrouwelijke dertigers met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 9,5% kans op het behalen van een universitair diploma.
Vrouwelijke dertigers, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 10,2% kans op het behalen van een universitair diploma.
Mannelijke dertigers met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 10,4% kans op het behalen van een universitair diploma.
Mannelijke dertigers, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 10,7% kans op het behalen van een universitair diploma.
Dertigers, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 10,9% kans op het behalen van een universitair diploma.
Mannelijke dertigers, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 11,4% kans op het behalen van een universitair diploma.
Dertigers met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 13,2% kans op het behalen van een universitair diploma.
Dertigers, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 14,9% kans op het behalen van een universitair diploma.
Vrouwelijke dertigers met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 15,3% kans op het behalen van een universitair diploma.
Vrouwelijke dertigers, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 18,3% kans op het behalen van een universitair diploma.
Mannelijke dertigers met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld 22,9% kans op het behalen van een universitair diploma.
Mannelijke dertigers die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld 23,1% kans op het behalen van een universitair diploma.
Dertigers met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld 24,7% kans op het behalen van een universitair diploma.
Dertigers die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld 24,8% kans op het behalen van een universitair diploma.
Vrouwelijke dertigers met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld 26,4% kans op het behalen van een universitair diploma.
Vrouwelijke dertigers die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld 26,5% kans op het behalen van een universitair diploma.
Mannelijke dertigers, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 30,1% kans op het behalen van een universitair diploma.
Mannelijke dertigers met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 30,3% kans op het behalen van een universitair diploma.
Dertigers met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 31,7% kans op het behalen van een universitair diploma.
Dertigers, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 32,0% kans op het behalen van een universitair diploma.
Vrouwelijke dertigers met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 32,7% kans op het behalen van een universitair diploma.
Vrouwelijke dertigers, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 33,6% kans op het behalen van een universitair diploma.

mannelijk vrouwelijk laag inkomen middeninkomen hoog inkomen Nederlands Turks Marokkaans Surinaams Antilliaans

Schooladviezen

School adviseert hoger dan eindtoets
Onder vrouwelijke leerlingen in groep 8 die opgroeiden in de gemeente Wageningen heeft gemiddeld 9,5% een definitief schooladvies dat hoger is dan het eindtoetsadvies.
Onder vrouwelijke leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen heeft gemiddeld 9,7% een definitief schooladvies dat hoger is dan het eindtoetsadvies.
Onder leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 9,7% een definitief schooladvies dat hoger is dan het eindtoetsadvies.
Onder leerlingen in groep 8 die opgroeiden in de gemeente Wageningen heeft gemiddeld 11,7% een definitief schooladvies dat hoger is dan het eindtoetsadvies.
Onder leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen heeft gemiddeld 12,1% een definitief schooladvies dat hoger is dan het eindtoetsadvies.
Onder mannelijke leerlingen in groep 8 die opgroeiden in de gemeente Wageningen heeft gemiddeld 13,8% een definitief schooladvies dat hoger is dan het eindtoetsadvies.
Onder mannelijke leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen heeft gemiddeld 14,3% een definitief schooladvies dat hoger is dan het eindtoetsadvies.
Onder mannelijke leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 14,7% een definitief schooladvies dat hoger is dan het eindtoetsadvies.
Onder leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 15,0% een definitief schooladvies dat hoger is dan het eindtoetsadvies.
Onder leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 16,0% een definitief schooladvies dat hoger is dan het eindtoetsadvies.
Onder vrouwelijke leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 17,1% een definitief schooladvies dat hoger is dan het eindtoetsadvies.
School adviseert lager dan eindtoets
Onder mannelijke leerlingen in groep 8 die opgroeiden in de gemeente Wageningen heeft gemiddeld 7,7% een definitief schooladvies dat lager is dan het eindtoetsadvies.
Onder leerlingen in groep 8 die opgroeiden in de gemeente Wageningen heeft gemiddeld 8,1% een definitief schooladvies dat lager is dan het eindtoetsadvies.
Onder vrouwelijke leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen heeft gemiddeld 8,4% een definitief schooladvies dat lager is dan het eindtoetsadvies.
Onder vrouwelijke leerlingen in groep 8 die opgroeiden in de gemeente Wageningen heeft gemiddeld 8,5% een definitief schooladvies dat lager is dan het eindtoetsadvies.
Onder leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen heeft gemiddeld 8,6% een definitief schooladvies dat lager is dan het eindtoetsadvies.
Onder mannelijke leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen heeft gemiddeld 8,7% een definitief schooladvies dat lager is dan het eindtoetsadvies.
Onder leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 10,2% een definitief schooladvies dat lager is dan het eindtoetsadvies.
Onder leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 10,6% een definitief schooladvies dat lager is dan het eindtoetsadvies.
Onder leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 11,5% een definitief schooladvies dat lager is dan het eindtoetsadvies.
School adviseert vmbo-GL of hoger
Onder mannelijke leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 53,3% een definitief schooladvies voor vmbo‑GL of hoger.
Onder leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 61,0% een definitief schooladvies voor vmbo‑GL of hoger.
Onder mannelijke leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 63,6% een definitief schooladvies voor vmbo‑GL of hoger.
Onder mannelijke leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 65,0% een definitief schooladvies voor vmbo‑GL of hoger.
Onder leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 68,9% een definitief schooladvies voor vmbo‑GL of hoger.
Onder leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 69,5% een definitief schooladvies voor vmbo‑GL of hoger.
Onder vrouwelijke leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 73,2% een definitief schooladvies voor vmbo‑GL of hoger.
Onder mannelijke leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen heeft gemiddeld 73,4% een definitief schooladvies voor vmbo‑GL of hoger.
Onder mannelijke leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 73,9% een definitief schooladvies voor vmbo‑GL of hoger.
Onder vrouwelijke leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 74,2% een definitief schooladvies voor vmbo‑GL of hoger.
Onder leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 74,4% een definitief schooladvies voor vmbo‑GL of hoger.
Onder mannelijke leerlingen in groep 8 die opgroeiden in de gemeente Wageningen heeft gemiddeld 75,2% een definitief schooladvies voor vmbo‑GL of hoger.
Onder vrouwelijke leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 75,3% een definitief schooladvies voor vmbo‑GL of hoger.
Onder vrouwelijke leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 78,8% een definitief schooladvies voor vmbo‑GL of hoger.
Onder leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen heeft gemiddeld 79,6% een definitief schooladvies voor vmbo‑GL of hoger.
Onder leerlingen in groep 8 die opgroeiden in de gemeente Wageningen heeft gemiddeld 80,0% een definitief schooladvies voor vmbo‑GL of hoger.
Onder mannelijke leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 81,9% een definitief schooladvies voor vmbo‑GL of hoger.
Onder mannelijke leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 82,4% een definitief schooladvies voor vmbo‑GL of hoger.
Onder vrouwelijke leerlingen in groep 8 die opgroeiden in de gemeente Wageningen heeft gemiddeld 85,0% een definitief schooladvies voor vmbo‑GL of hoger.
Onder vrouwelijke leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen heeft gemiddeld 86,1% een definitief schooladvies voor vmbo‑GL of hoger.
Onder leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 87,6% een definitief schooladvies voor vmbo‑GL of hoger.
Onder leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 88,2% een definitief schooladvies voor vmbo‑GL of hoger.
Onder vrouwelijke leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 93,3% een definitief schooladvies voor vmbo‑GL of hoger.
Onder vrouwelijke leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 94,1% een definitief schooladvies voor vmbo‑GL of hoger.
School adviseert havo of hoger
Onder mannelijke leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 30,4% een definitief schooladvies voor havo of hoger.
Onder leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 33,6% een definitief schooladvies voor havo of hoger.
Onder mannelijke leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 36,7% een definitief schooladvies voor havo of hoger.
Onder vrouwelijke leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 38,8% een definitief schooladvies voor havo of hoger.
Onder leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 42,0% een definitief schooladvies voor havo of hoger.
Onder vrouwelijke leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 46,9% een definitief schooladvies voor havo of hoger.
Onder vrouwelijke leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 48,8% een definitief schooladvies voor havo of hoger.
Onder leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 50,0% een definitief schooladvies voor havo of hoger.
Onder vrouwelijke leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 50,8% een definitief schooladvies voor havo of hoger.
Onder mannelijke leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 53,9% een definitief schooladvies voor havo of hoger.
Onder leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 54,9% een definitief schooladvies voor havo of hoger.
Onder mannelijke leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 58,3% een definitief schooladvies voor havo of hoger.
Onder mannelijke leerlingen in groep 8 die opgroeiden in de gemeente Wageningen heeft gemiddeld 59,5% een definitief schooladvies voor havo of hoger.
Onder mannelijke leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen heeft gemiddeld 59,9% een definitief schooladvies voor havo of hoger.
Onder leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen heeft gemiddeld 61,6% een definitief schooladvies voor havo of hoger.
Onder leerlingen in groep 8 die opgroeiden in de gemeente Wageningen heeft gemiddeld 62,1% een definitief schooladvies voor havo of hoger.
Onder vrouwelijke leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen heeft gemiddeld 63,3% een definitief schooladvies voor havo of hoger.
Onder vrouwelijke leerlingen in groep 8 die opgroeiden in de gemeente Wageningen heeft gemiddeld 65,0% een definitief schooladvies voor havo of hoger.
Onder mannelijke leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 65,1% een definitief schooladvies voor havo of hoger.
Onder mannelijke leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 65,2% een definitief schooladvies voor havo of hoger.
Onder leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 67,4% een definitief schooladvies voor havo of hoger.
Onder leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 68,5% een definitief schooladvies voor havo of hoger.
Onder vrouwelijke leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 69,6% een definitief schooladvies voor havo of hoger.
Onder vrouwelijke leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 72,0% een definitief schooladvies voor havo of hoger.
School adviseert vwo
Onder leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 18,3% een definitief schooladvies voor vwo.
Onder leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 19,6% een definitief schooladvies voor vwo.
Onder mannelijke leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 20,1% een definitief schooladvies voor vwo.
Onder vrouwelijke leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 20,6% een definitief schooladvies voor vwo.
Onder leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 21,6% een definitief schooladvies voor vwo.
Onder leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 23,9% een definitief schooladvies voor vwo.
Onder vrouwelijke leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 27,3% een definitief schooladvies voor vwo.
Onder vrouwelijke leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 29,8% een definitief schooladvies voor vwo.
Onder mannelijke leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen heeft gemiddeld 30,6% een definitief schooladvies voor vwo.
Onder mannelijke leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 30,7% een definitief schooladvies voor vwo.
Onder mannelijke leerlingen in groep 8 die opgroeiden in de gemeente Wageningen heeft gemiddeld 30,9% een definitief schooladvies voor vwo.
Onder leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen heeft gemiddeld 33,3% een definitief schooladvies voor vwo.
Onder leerlingen in groep 8 die opgroeiden in de gemeente Wageningen heeft gemiddeld 33,7% een definitief schooladvies voor vwo.
Onder leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 34,2% een definitief schooladvies voor vwo.
Onder mannelijke leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 34,8% een definitief schooladvies voor vwo.
Onder vrouwelijke leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen heeft gemiddeld 36,3% een definitief schooladvies voor vwo.
Onder leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 36,3% een definitief schooladvies voor vwo.
Onder vrouwelijke leerlingen in groep 8 die opgroeiden in de gemeente Wageningen heeft gemiddeld 36,7% een definitief schooladvies voor vwo.
Onder vrouwelijke leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 37,7% een definitief schooladvies voor vwo.
Onder vrouwelijke leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 37,8% een definitief schooladvies voor vwo.

mannelijk vrouwelijk laag inkomen middeninkomen hoog inkomen Nederlands Turks Marokkaans Surinaams Antilliaans

Eindtoetsadviezen

Eindtoets adviseert vmbo-GL of hoger
Onder mannelijke leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 50,1% een eindtoetsadvies voor vmbo-GL of hoger.
Onder mannelijke leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 59,3% een eindtoetsadvies voor vmbo-GL of hoger.
Onder leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 59,8% een eindtoetsadvies voor vmbo-GL of hoger.
Onder mannelijke leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 60,7% een eindtoetsadvies voor vmbo-GL of hoger.
Onder leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 68,0% een eindtoetsadvies voor vmbo-GL of hoger.
Onder mannelijke leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 68,8% een eindtoetsadvies voor vmbo-GL of hoger.
Onder mannelijke leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen heeft gemiddeld 69,8% een eindtoetsadvies voor vmbo-GL of hoger.
Onder leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 71,8% een eindtoetsadvies voor vmbo-GL of hoger.
Onder mannelijke leerlingen in groep 8 die opgroeiden in de gemeente Wageningen heeft gemiddeld 72,0% een eindtoetsadvies voor vmbo-GL of hoger.
Onder leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 75,2% een eindtoetsadvies voor vmbo-GL of hoger.
Onder vrouwelijke leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 75,6% een eindtoetsadvies voor vmbo-GL of hoger.
Onder leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen heeft gemiddeld 77,3% een eindtoetsadvies voor vmbo-GL of hoger.
Onder mannelijke leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 77,6% een eindtoetsadvies voor vmbo-GL of hoger.
Onder mannelijke leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 78,1% een eindtoetsadvies voor vmbo-GL of hoger.
Onder leerlingen in groep 8 die opgroeiden in de gemeente Wageningen heeft gemiddeld 78,2% een eindtoetsadvies voor vmbo-GL of hoger.
Onder vrouwelijke leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 81,1% een eindtoetsadvies voor vmbo-GL of hoger.
Onder vrouwelijke leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 82,1% een eindtoetsadvies voor vmbo-GL of hoger.
Onder vrouwelijke leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 82,2% een eindtoetsadvies voor vmbo-GL of hoger.
Onder leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 82,7% een eindtoetsadvies voor vmbo-GL of hoger.
Onder leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 82,9% een eindtoetsadvies voor vmbo-GL of hoger.
Onder vrouwelijke leerlingen in groep 8 die opgroeiden in de gemeente Wageningen heeft gemiddeld 84,7% een eindtoetsadvies voor vmbo-GL of hoger.
Onder vrouwelijke leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen heeft gemiddeld 85,2% een eindtoetsadvies voor vmbo-GL of hoger.
Onder vrouwelijke leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 87,6% een eindtoetsadvies voor vmbo-GL of hoger.
Onder vrouwelijke leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 88,0% een eindtoetsadvies voor vmbo-GL of hoger.
Eindtoets adviseert havo of hoger
Onder vrouwelijke leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 37,3% een eindtoetsadvies voor havo of hoger.
Onder leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 37,4% een eindtoetsadvies voor havo of hoger.
Onder mannelijke leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 38,7% een eindtoetsadvies voor havo of hoger.
Onder mannelijke leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 39,6% een eindtoetsadvies voor havo of hoger.
Onder leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 41,8% een eindtoetsadvies voor havo of hoger.
Onder vrouwelijke leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 44,9% een eindtoetsadvies voor havo of hoger.
Onder vrouwelijke leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 46,1% een eindtoetsadvies voor havo of hoger.
Onder vrouwelijke leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 49,0% een eindtoetsadvies voor havo of hoger.
Onder leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 49,9% een eindtoetsadvies voor havo of hoger.
Onder leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 54,0% een eindtoetsadvies voor havo of hoger.
Onder mannelijke leerlingen in groep 8 die opgroeiden in de gemeente Wageningen heeft gemiddeld 55,0% een eindtoetsadvies voor havo of hoger.
Onder mannelijke leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen heeft gemiddeld 55,6% een eindtoetsadvies voor havo of hoger.
Onder mannelijke leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 56,3% een eindtoetsadvies voor havo of hoger.
Onder mannelijke leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 58,4% een eindtoetsadvies voor havo of hoger.
Onder leerlingen in groep 8 die opgroeiden in de gemeente Wageningen heeft gemiddeld 58,8% een eindtoetsadvies voor havo of hoger.
Onder leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen heeft gemiddeld 58,9% een eindtoetsadvies voor havo of hoger.
Onder mannelijke leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 59,1% een eindtoetsadvies voor havo of hoger.
Onder mannelijke leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 59,8% een eindtoetsadvies voor havo of hoger.
Onder leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 62,1% een eindtoetsadvies voor havo of hoger.
Onder vrouwelijke leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen heeft gemiddeld 62,4% een eindtoetsadvies voor havo of hoger.
Onder leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 62,5% een eindtoetsadvies voor havo of hoger.
Onder vrouwelijke leerlingen in groep 8 die opgroeiden in de gemeente Wageningen heeft gemiddeld 62,9% een eindtoetsadvies voor havo of hoger.
Onder vrouwelijke leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 64,5% een eindtoetsadvies voor havo of hoger.
Onder vrouwelijke leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 65,9% een eindtoetsadvies voor havo of hoger.
Eindtoets adviseert vwo
Onder leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 15,6% een eindtoetsadvies voor vwo.
Onder leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 17,3% een eindtoetsadvies voor vwo.
Onder leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 19,6% een eindtoetsadvies voor vwo.
Onder vrouwelijke leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 21,4% een eindtoetsadvies voor vwo.
Onder leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 22,2% een eindtoetsadvies voor vwo.
Onder mannelijke leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 22,8% een eindtoetsadvies voor vwo.
Onder vrouwelijke leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 25,8% een eindtoetsadvies voor vwo.
Onder mannelijke leerlingen in groep 8 die opgroeiden in de gemeente Wageningen heeft gemiddeld 26,4% een eindtoetsadvies voor vwo.
Onder mannelijke leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen heeft gemiddeld 26,6% een eindtoetsadvies voor vwo.
Onder leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen heeft gemiddeld 28,4% een eindtoetsadvies voor vwo.
Onder mannelijke leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 28,4% een eindtoetsadvies voor vwo.
Onder leerlingen in groep 8 die opgroeiden in de gemeente Wageningen heeft gemiddeld 29,3% een eindtoetsadvies voor vwo.
Onder mannelijke leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 30,1% een eindtoetsadvies voor vwo.
Onder vrouwelijke leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen heeft gemiddeld 30,4% een eindtoetsadvies voor vwo.
Onder vrouwelijke leerlingen in groep 8 die opgroeiden in de gemeente Wageningen heeft gemiddeld 32,3% een eindtoetsadvies voor vwo.
Onder leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 33,3% een eindtoetsadvies voor vwo.
Onder leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 33,3% een eindtoetsadvies voor vwo.
Onder vrouwelijke leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 36,5% een eindtoetsadvies voor vwo.
Onder vrouwelijke leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 38,1% een eindtoetsadvies voor vwo.
Lezen op streefniveau
Onder mannelijke leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 56,9% een eindtoets-leesscore van tenminste het streefniveau.
Onder mannelijke leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 60,1% een eindtoets-leesscore van tenminste het streefniveau.
Onder mannelijke leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 64,0% een eindtoets-leesscore van tenminste het streefniveau.
Onder leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 65,3% een eindtoets-leesscore van tenminste het streefniveau.
Onder mannelijke leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 66,2% een eindtoets-leesscore van tenminste het streefniveau.
Onder mannelijke leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen heeft gemiddeld 69,4% een eindtoets-leesscore van tenminste het streefniveau.
Onder mannelijke leerlingen in groep 8 die opgroeiden in de gemeente Wageningen heeft gemiddeld 70,4% een eindtoets-leesscore van tenminste het streefniveau.
Onder leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 71,0% een eindtoets-leesscore van tenminste het streefniveau.
Onder mannelijke leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 72,6% een eindtoets-leesscore van tenminste het streefniveau.
Onder mannelijke leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 72,8% een eindtoets-leesscore van tenminste het streefniveau.
Onder leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 74,0% een eindtoets-leesscore van tenminste het streefniveau.
Onder leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 76,0% een eindtoets-leesscore van tenminste het streefniveau.
Onder vrouwelijke leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 76,5% een eindtoets-leesscore van tenminste het streefniveau.
Onder leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen heeft gemiddeld 77,3% een eindtoets-leesscore van tenminste het streefniveau.
Onder leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 77,3% een eindtoets-leesscore van tenminste het streefniveau.
Onder leerlingen in groep 8 die opgroeiden in de gemeente Wageningen heeft gemiddeld 77,4% een eindtoets-leesscore van tenminste het streefniveau.
Onder leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 77,4% een eindtoets-leesscore van tenminste het streefniveau.
Onder vrouwelijke leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 79,9% een eindtoets-leesscore van tenminste het streefniveau.
Onder vrouwelijke leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 81,9% een eindtoets-leesscore van tenminste het streefniveau.
Onder vrouwelijke leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 82,2% een eindtoets-leesscore van tenminste het streefniveau.
Onder vrouwelijke leerlingen in groep 8 die opgroeiden in de gemeente Wageningen heeft gemiddeld 84,7% een eindtoets-leesscore van tenminste het streefniveau.
Onder vrouwelijke leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen heeft gemiddeld 85,7% een eindtoets-leesscore van tenminste het streefniveau.
Onder vrouwelijke leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 85,8% een eindtoets-leesscore van tenminste het streefniveau.
Onder vrouwelijke leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 86,3% een eindtoets-leesscore van tenminste het streefniveau.
Rekenen op streefniveau
Onder mannelijke leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 26,2% een eindtoets-rekenscore van tenminste het streefniveau.
Onder leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 26,5% een eindtoets-rekenscore van tenminste het streefniveau.
Onder leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 32,3% een eindtoets-rekenscore van tenminste het streefniveau.
Onder vrouwelijke leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 34,5% een eindtoets-rekenscore van tenminste het streefniveau.
Onder vrouwelijke leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 41,0% een eindtoets-rekenscore van tenminste het streefniveau.
Onder vrouwelijke leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 42,6% een eindtoets-rekenscore van tenminste het streefniveau.
Onder leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 45,6% een eindtoets-rekenscore van tenminste het streefniveau.
Onder vrouwelijke leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 47,0% een eindtoets-rekenscore van tenminste het streefniveau.
Onder mannelijke leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen heeft gemiddeld 48,8% een eindtoets-rekenscore van tenminste het streefniveau.
Onder mannelijke leerlingen in groep 8 die opgroeiden in de gemeente Wageningen heeft gemiddeld 48,9% een eindtoets-rekenscore van tenminste het streefniveau.
Onder mannelijke leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 49,4% een eindtoets-rekenscore van tenminste het streefniveau.
Onder leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 49,6% een eindtoets-rekenscore van tenminste het streefniveau.
Onder vrouwelijke leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 50,3% een eindtoets-rekenscore van tenminste het streefniveau.
Onder leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen heeft gemiddeld 50,7% een eindtoets-rekenscore van tenminste het streefniveau.
Onder mannelijke leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 50,8% een eindtoets-rekenscore van tenminste het streefniveau.
Onder leerlingen in groep 8 die opgroeiden in de gemeente Wageningen heeft gemiddeld 51,1% een eindtoets-rekenscore van tenminste het streefniveau.
Onder mannelijke leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 51,7% een eindtoets-rekenscore van tenminste het streefniveau.
Onder leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 51,9% een eindtoets-rekenscore van tenminste het streefniveau.
Onder leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 51,9% een eindtoets-rekenscore van tenminste het streefniveau.
Onder vrouwelijke leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen heeft gemiddeld 52,7% een eindtoets-rekenscore van tenminste het streefniveau.
Onder vrouwelijke leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 52,9% een eindtoets-rekenscore van tenminste het streefniveau.
Onder vrouwelijke leerlingen in groep 8 die opgroeiden in de gemeente Wageningen heeft gemiddeld 53,4% een eindtoets-rekenscore van tenminste het streefniveau.
Onder mannelijke leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 53,5% een eindtoets-rekenscore van tenminste het streefniveau.
Taalverzorging op streefniveau
Onder mannelijke leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 45,1% een eindtoets-taalverzorgingsscore van tenminste het streefniveau.
Onder leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 46,0% een eindtoets-taalverzorgingsscore van tenminste het streefniveau.
Onder vrouwelijke leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 48,7% een eindtoets-taalverzorgingsscore van tenminste het streefniveau.
Onder mannelijke leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 49,7% een eindtoets-taalverzorgingsscore van tenminste het streefniveau.
Onder leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 56,4% een eindtoets-taalverzorgingsscore van tenminste het streefniveau.
Onder mannelijke leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen heeft gemiddeld 58,7% een eindtoets-taalverzorgingsscore van tenminste het streefniveau.
Onder mannelijke leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 59,0% een eindtoets-taalverzorgingsscore van tenminste het streefniveau.
Onder mannelijke leerlingen in groep 8 die opgroeiden in de gemeente Wageningen heeft gemiddeld 60,1% een eindtoets-taalverzorgingsscore van tenminste het streefniveau.
Onder mannelijke leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 62,4% een eindtoets-taalverzorgingsscore van tenminste het streefniveau.
Onder mannelijke leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 62,6% een eindtoets-taalverzorgingsscore van tenminste het streefniveau.
Onder vrouwelijke leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 65,5% een eindtoets-taalverzorgingsscore van tenminste het streefniveau.
Onder leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 66,2% een eindtoets-taalverzorgingsscore van tenminste het streefniveau.
Onder mannelijke leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 66,4% een eindtoets-taalverzorgingsscore van tenminste het streefniveau.
Onder leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen heeft gemiddeld 66,7% een eindtoets-taalverzorgingsscore van tenminste het streefniveau.
Onder leerlingen in groep 8 die opgroeiden in de gemeente Wageningen heeft gemiddeld 67,9% een eindtoets-taalverzorgingsscore van tenminste het streefniveau.
Onder leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 70,0% een eindtoets-taalverzorgingsscore van tenminste het streefniveau.
Onder leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 71,1% een eindtoets-taalverzorgingsscore van tenminste het streefniveau.
Onder leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 72,0% een eindtoets-taalverzorgingsscore van tenminste het streefniveau.
Onder vrouwelijke leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 73,2% een eindtoets-taalverzorgingsscore van tenminste het streefniveau.
Onder vrouwelijke leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 74,3% een eindtoets-taalverzorgingsscore van tenminste het streefniveau.
Onder vrouwelijke leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen heeft gemiddeld 75,1% een eindtoets-taalverzorgingsscore van tenminste het streefniveau.
Onder vrouwelijke leerlingen in groep 8 die opgroeiden in de gemeente Wageningen heeft gemiddeld 76,2% een eindtoets-taalverzorgingsscore van tenminste het streefniveau.
Onder vrouwelijke leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 79,7% een eindtoets-taalverzorgingsscore van tenminste het streefniveau.
Onder vrouwelijke leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft gemiddeld 81,6% een eindtoets-taalverzorgingsscore van tenminste het streefniveau.

mannelijk vrouwelijk laag inkomen middeninkomen hoog inkomen Nederlands Turks Marokkaans Surinaams Antilliaans

Klasgenoten

Arme ouders
Vrouwelijke leerlngen in groep 8, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 11,6% klasgenoten met ouders met een laag inkomen.
Vrouwelijke leerlngen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 12,2% klasgenoten met ouders met een laag inkomen.
Leerlngen in groep 8, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 12,5% klasgenoten met ouders met een laag inkomen.
Leerlngen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 12,7% klasgenoten met ouders met een laag inkomen.
Mannelijke leerlngen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 13,5% klasgenoten met ouders met een laag inkomen.
Mannelijke leerlngen in groep 8, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 13,6% klasgenoten met ouders met een laag inkomen.
Vrouwelijke leerlngen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld 15,2% klasgenoten met ouders met een laag inkomen.
Vrouwelijke leerlngen in groep 8, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 15,4% klasgenoten met ouders met een laag inkomen.
Vrouwelijke leerlngen in groep 8 die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld 16,8% klasgenoten met ouders met een laag inkomen.
Leerlngen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 16,9% klasgenoten met ouders met een laag inkomen.
Leerlngen in groep 8, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 17,7% klasgenoten met ouders met een laag inkomen.
Leerlngen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld 17,8% klasgenoten met ouders met een laag inkomen.
Leerlngen in groep 8 die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld 19,7% klasgenoten met ouders met een laag inkomen.
Mannelijke leerlngen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld 20,1% klasgenoten met ouders met een laag inkomen.
Mannelijke leerlngen in groep 8, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 21,4% klasgenoten met ouders met een laag inkomen.
Mannelijke leerlngen in groep 8 die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld 22,4% klasgenoten met ouders met een laag inkomen.
Leerlngen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 25,5% klasgenoten met ouders met een laag inkomen.
Leerlngen in groep 8, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 26,7% klasgenoten met ouders met een laag inkomen.
Mannelijke leerlngen in groep 8, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 31,0% klasgenoten met ouders met een laag inkomen.
Rijke ouders
Mannelijke leerlngen in groep 8, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 28,9% klasgenoten met ouders met een hoog inkomen.
Leerlngen in groep 8, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 31,7% klasgenoten met ouders met een hoog inkomen.
Leerlngen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 32,5% klasgenoten met ouders met een hoog inkomen.
Mannelijke leerlngen in groep 8 die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld 35,2% klasgenoten met ouders met een hoog inkomen.
Mannelijke leerlngen in groep 8, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 36,9% klasgenoten met ouders met een hoog inkomen.
Mannelijke leerlngen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld 37,0% klasgenoten met ouders met een hoog inkomen.
Leerlngen in groep 8 die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld 37,1% klasgenoten met ouders met een hoog inkomen.
Leerlngen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld 38,3% klasgenoten met ouders met een hoog inkomen.
Vrouwelijke leerlngen in groep 8 die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld 39,1% klasgenoten met ouders met een hoog inkomen.
Vrouwelijke leerlngen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld 39,7% klasgenoten met ouders met een hoog inkomen.
Leerlngen in groep 8, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 39,8% klasgenoten met ouders met een hoog inkomen.
Leerlngen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 40,8% klasgenoten met ouders met een hoog inkomen.
Mannelijke leerlngen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 40,9% klasgenoten met ouders met een hoog inkomen.
Vrouwelijke leerlngen in groep 8, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 41,2% klasgenoten met ouders met een hoog inkomen.
Mannelijke leerlngen in groep 8, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 41,5% klasgenoten met ouders met een hoog inkomen.
Leerlngen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 41,9% klasgenoten met ouders met een hoog inkomen.
Vrouwelijke leerlngen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 42,5% klasgenoten met ouders met een hoog inkomen.
Leerlngen in groep 8, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 42,7% klasgenoten met ouders met een hoog inkomen.
Vrouwelijke leerlngen in groep 8, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 43,4% klasgenoten met ouders met een hoog inkomen.
Buitenlandse ouders
Vrouwelijke leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 3,7% klasgenoten met ouders die beiden in het buitenland zijn geboren.
Leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 4,5% klasgenoten met ouders die beiden in het buitenland zijn geboren.
Mannelijke leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 4,5% klasgenoten met ouders die beiden in het buitenland zijn geboren.
Vrouwelijke leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 4,7% klasgenoten met ouders die beiden in het buitenland zijn geboren.
Leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 4,9% klasgenoten met ouders die beiden in het buitenland zijn geboren.
Mannelijke leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 4,9% klasgenoten met ouders die beiden in het buitenland zijn geboren.
Vrouwelijke leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 5,1% klasgenoten met ouders die beiden in het buitenland zijn geboren.
Vrouwelijke leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld 5,5% klasgenoten met ouders die beiden in het buitenland zijn geboren.
Leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 6,7% klasgenoten met ouders die beiden in het buitenland zijn geboren.
Leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld 7,0% klasgenoten met ouders die beiden in het buitenland zijn geboren.
Vrouwelijke leerlingen in groep 8 die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld 7,0% klasgenoten met ouders die beiden in het buitenland zijn geboren.
Leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 7,0% klasgenoten met ouders die beiden in het buitenland zijn geboren.
Mannelijke leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld 8,2% klasgenoten met ouders die beiden in het buitenland zijn geboren.
Leerlingen in groep 8 die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld 8,5% klasgenoten met ouders die beiden in het buitenland zijn geboren.
Mannelijke leerlingen in groep 8 die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld 9,8% klasgenoten met ouders die beiden in het buitenland zijn geboren.
Mannelijke leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 11,6% klasgenoten met ouders die beiden in het buitenland zijn geboren.
Leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 12,0% klasgenoten met ouders die beiden in het buitenland zijn geboren.
Leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 12,2% klasgenoten met ouders die beiden in het buitenland zijn geboren.
Mannelijke leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 13,8% klasgenoten met ouders die beiden in het buitenland zijn geboren.
Klassengrootte
Leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, zitten met gemiddeld 23,0 andere kinderen in de klas.
Leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, zitten met gemiddeld 23,4 andere kinderen in de klas.
Mannelijke leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, zitten met gemiddeld 23,4 andere kinderen in de klas.
Mannelijke leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, zitten met gemiddeld 25,0 andere kinderen in de klas.
Leerlingen in groep 8 die opgroeiden in de gemeente Wageningen zitten met gemiddeld 25,2 andere kinderen in de klas.
Mannelijke leerlingen in groep 8 die opgroeiden in de gemeente Wageningen zitten met gemiddeld 25,2 andere kinderen in de klas.
Vrouwelijke leerlingen in groep 8 die opgroeiden in de gemeente Wageningen zitten met gemiddeld 25,2 andere kinderen in de klas.
Leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, zitten met gemiddeld 25,2 andere kinderen in de klas.
Vrouwelijke leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, zitten met gemiddeld 25,2 andere kinderen in de klas.
Leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen zitten met gemiddeld 25,4 andere kinderen in de klas.
Mannelijke leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen zitten met gemiddeld 25,4 andere kinderen in de klas.
Vrouwelijke leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen zitten met gemiddeld 25,4 andere kinderen in de klas.
Vrouwelijke leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, zitten met gemiddeld 25,4 andere kinderen in de klas.
Vrouwelijke leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, zitten met gemiddeld 25,7 andere kinderen in de klas.
Leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, zitten met gemiddeld 25,8 andere kinderen in de klas.
Leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, zitten met gemiddeld 25,8 andere kinderen in de klas.
Leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, zitten met gemiddeld 26,1 andere kinderen in de klas.
Mannelijke leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, zitten met gemiddeld 26,4 andere kinderen in de klas.
Mannelijke leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, zitten met gemiddeld 26,7 andere kinderen in de klas.

mannelijk vrouwelijk laag inkomen middeninkomen hoog inkomen Nederlands Turks Marokkaans Surinaams Antilliaans

Klasniveau

Eindtoets vmbo-GL of hoger
Mannelijke leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 71,8% klasgenoten met een definitief schooladvies van vmbo gemengde leerweg of hoger.
Mannelijke leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 73,2% klasgenoten met een definitief schooladvies van vmbo gemengde leerweg of hoger.
Mannelijke leerlingen in groep 8 die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld 75,6% klasgenoten met een definitief schooladvies van vmbo gemengde leerweg of hoger.
Leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 75,6% klasgenoten met een definitief schooladvies van vmbo gemengde leerweg of hoger.
Leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 76,6% klasgenoten met een definitief schooladvies van vmbo gemengde leerweg of hoger.
Mannelijke leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld 77,5% klasgenoten met een definitief schooladvies van vmbo gemengde leerweg of hoger.
Leerlingen in groep 8 die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld 77,9% klasgenoten met een definitief schooladvies van vmbo gemengde leerweg of hoger.
Leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 78,5% klasgenoten met een definitief schooladvies van vmbo gemengde leerweg of hoger.
Leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld 79,2% klasgenoten met een definitief schooladvies van vmbo gemengde leerweg of hoger.
Leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 79,6% klasgenoten met een definitief schooladvies van vmbo gemengde leerweg of hoger.
Vrouwelijke leerlingen in groep 8 die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld 80,3% klasgenoten met een definitief schooladvies van vmbo gemengde leerweg of hoger.
Vrouwelijke leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld 81,1% klasgenoten met een definitief schooladvies van vmbo gemengde leerweg of hoger.
Vrouwelijke leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 83,1% klasgenoten met een definitief schooladvies van vmbo gemengde leerweg of hoger.
Leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 83,3% klasgenoten met een definitief schooladvies van vmbo gemengde leerweg of hoger.
Leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 83,3% klasgenoten met een definitief schooladvies van vmbo gemengde leerweg of hoger.
Vrouwelijke leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 83,3% klasgenoten met een definitief schooladvies van vmbo gemengde leerweg of hoger.
Vrouwelijke leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 83,3% klasgenoten met een definitief schooladvies van vmbo gemengde leerweg of hoger.
Mannelijke leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 84,0% klasgenoten met een definitief schooladvies van vmbo gemengde leerweg of hoger.
Mannelijke leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 84,1% klasgenoten met een definitief schooladvies van vmbo gemengde leerweg of hoger.
Eindtoets havo of hoger
Mannelijke leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 50,2% klasgenoten met een definitief schooladvies van havo of hoger.
Mannelijke leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 53,7% klasgenoten met een definitief schooladvies van havo of hoger.
Mannelijke leerlingen in groep 8 die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld 54,2% klasgenoten met een definitief schooladvies van havo of hoger.
Leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 54,6% klasgenoten met een definitief schooladvies van havo of hoger.
Leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 54,7% klasgenoten met een definitief schooladvies van havo of hoger.
Mannelijke leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld 56,0% klasgenoten met een definitief schooladvies van havo of hoger.
Leerlingen in groep 8 die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld 56,6% klasgenoten met een definitief schooladvies van havo of hoger.
Leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld 57,5% klasgenoten met een definitief schooladvies van havo of hoger.
Leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 58,5% klasgenoten met een definitief schooladvies van havo of hoger.
Vrouwelijke leerlingen in groep 8 die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld 59,2% klasgenoten met een definitief schooladvies van havo of hoger.
Vrouwelijke leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld 59,2% klasgenoten met een definitief schooladvies van havo of hoger.
Leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 59,7% klasgenoten met een definitief schooladvies van havo of hoger.
Vrouwelijke leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 60,3% klasgenoten met een definitief schooladvies van havo of hoger.
Leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 60,7% klasgenoten met een definitief schooladvies van havo of hoger.
Vrouwelijke leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 61,0% klasgenoten met een definitief schooladvies van havo of hoger.
Leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 61,4% klasgenoten met een definitief schooladvies van havo of hoger.
Mannelijke leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 61,9% klasgenoten met een definitief schooladvies van havo of hoger.
Mannelijke leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 62,4% klasgenoten met een definitief schooladvies van havo of hoger.
Vrouwelijke leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 63,0% klasgenoten met een definitief schooladvies van havo of hoger.
Eindtoets vwo
Mannelijke leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 23,2% klasgenoten met een definitief schooladvies van vwo.
Mannelijke leerlingen in groep 8 die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld 25,9% klasgenoten met een definitief schooladvies van vwo.
Mannelijke leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 26,2% klasgenoten met een definitief schooladvies van vwo.
Leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 26,6% klasgenoten met een definitief schooladvies van vwo.
Mannelijke leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld 26,8% klasgenoten met een definitief schooladvies van vwo.
Leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 26,8% klasgenoten met een definitief schooladvies van vwo.
Leerlingen in groep 8 die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld 27,4% klasgenoten met een definitief schooladvies van vwo.
Leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld 28,0% klasgenoten met een definitief schooladvies van vwo.
Leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 28,6% klasgenoten met een definitief schooladvies van vwo.
Vrouwelijke leerlingen in groep 8 die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld 29,0% klasgenoten met een definitief schooladvies van vwo.
Leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 29,1% klasgenoten met een definitief schooladvies van vwo.
Vrouwelijke leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld 29,3% klasgenoten met een definitief schooladvies van vwo.
Vrouwelijke leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 29,4% klasgenoten met een definitief schooladvies van vwo.
Vrouwelijke leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 29,5% klasgenoten met een definitief schooladvies van vwo.
Leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 30,0% klasgenoten met een definitief schooladvies van vwo.
Leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 30,1% klasgenoten met een definitief schooladvies van vwo.
Mannelijke leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 30,8% klasgenoten met een definitief schooladvies van vwo.
Vrouwelijke leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 30,8% klasgenoten met een definitief schooladvies van vwo.
Mannelijke leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 30,9% klasgenoten met een definitief schooladvies van vwo.
Eindtoets lezen
Mannelijke leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 71,0% klasgenoten met leesvaardigheid op of boven het streefniveau volgens de eindtoets tussen 2015 en 2019.
Mannelijke leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 72,5% klasgenoten met leesvaardigheid op of boven het streefniveau volgens de eindtoets tussen 2015 en 2019.
Mannelijke leerlingen in groep 8 die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld 74,2% klasgenoten met leesvaardigheid op of boven het streefniveau volgens de eindtoets tussen 2015 en 2019.
Leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 74,7% klasgenoten met leesvaardigheid op of boven het streefniveau volgens de eindtoets tussen 2015 en 2019.
Mannelijke leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld 76,2% klasgenoten met leesvaardigheid op of boven het streefniveau volgens de eindtoets tussen 2015 en 2019.
Leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 76,2% klasgenoten met leesvaardigheid op of boven het streefniveau volgens de eindtoets tussen 2015 en 2019.
Leerlingen in groep 8 die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld 76,3% klasgenoten met leesvaardigheid op of boven het streefniveau volgens de eindtoets tussen 2015 en 2019.
Leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 77,3% klasgenoten met leesvaardigheid op of boven het streefniveau volgens de eindtoets tussen 2015 en 2019.
Leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld 77,8% klasgenoten met leesvaardigheid op of boven het streefniveau volgens de eindtoets tussen 2015 en 2019.
Leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 78,2% klasgenoten met leesvaardigheid op of boven het streefniveau volgens de eindtoets tussen 2015 en 2019.
Vrouwelijke leerlingen in groep 8 die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld 78,5% klasgenoten met leesvaardigheid op of boven het streefniveau volgens de eindtoets tussen 2015 en 2019.
Vrouwelijke leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 78,5% klasgenoten met leesvaardigheid op of boven het streefniveau volgens de eindtoets tussen 2015 en 2019.
Leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 79,5% klasgenoten met leesvaardigheid op of boven het streefniveau volgens de eindtoets tussen 2015 en 2019.
Vrouwelijke leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 79,5% klasgenoten met leesvaardigheid op of boven het streefniveau volgens de eindtoets tussen 2015 en 2019.
Vrouwelijke leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld 79,6% klasgenoten met leesvaardigheid op of boven het streefniveau volgens de eindtoets tussen 2015 en 2019.
Leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 80,0% klasgenoten met leesvaardigheid op of boven het streefniveau volgens de eindtoets tussen 2015 en 2019.
Mannelijke leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 80,6% klasgenoten met leesvaardigheid op of boven het streefniveau volgens de eindtoets tussen 2015 en 2019.
Mannelijke leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 80,6% klasgenoten met leesvaardigheid op of boven het streefniveau volgens de eindtoets tussen 2015 en 2019.
Vrouwelijke leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 81,9% klasgenoten met leesvaardigheid op of boven het streefniveau volgens de eindtoets tussen 2015 en 2019.
Eindtoets taal
Mannelijke leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 60,7% klasgenoten met taalvaardigheid op of boven het streefniveau volgens de eindtoets tussen 2015 en 2019.
Mannelijke leerlingen in groep 8 die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld 64,1% klasgenoten met taalvaardigheid op of boven het streefniveau volgens de eindtoets tussen 2015 en 2019.
Mannelijke leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld 65,2% klasgenoten met taalvaardigheid op of boven het streefniveau volgens de eindtoets tussen 2015 en 2019.
Leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 65,2% klasgenoten met taalvaardigheid op of boven het streefniveau volgens de eindtoets tussen 2015 en 2019.
Mannelijke leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 65,8% klasgenoten met taalvaardigheid op of boven het streefniveau volgens de eindtoets tussen 2015 en 2019.
Leerlingen in groep 8 die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld 66,4% klasgenoten met taalvaardigheid op of boven het streefniveau volgens de eindtoets tussen 2015 en 2019.
Leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 66,4% klasgenoten met taalvaardigheid op of boven het streefniveau volgens de eindtoets tussen 2015 en 2019.
Leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld 67,3% klasgenoten met taalvaardigheid op of boven het streefniveau volgens de eindtoets tussen 2015 en 2019.
Leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 67,4% klasgenoten met taalvaardigheid op of boven het streefniveau volgens de eindtoets tussen 2015 en 2019.
Vrouwelijke leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 68,5% klasgenoten met taalvaardigheid op of boven het streefniveau volgens de eindtoets tussen 2015 en 2019.
Vrouwelijke leerlingen in groep 8 die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld 69,0% klasgenoten met taalvaardigheid op of boven het streefniveau volgens de eindtoets tussen 2015 en 2019.
Leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 69,0% klasgenoten met taalvaardigheid op of boven het streefniveau volgens de eindtoets tussen 2015 en 2019.
Leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 69,1% klasgenoten met taalvaardigheid op of boven het streefniveau volgens de eindtoets tussen 2015 en 2019.
Vrouwelijke leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 69,1% klasgenoten met taalvaardigheid op of boven het streefniveau volgens de eindtoets tussen 2015 en 2019.
Vrouwelijke leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld 69,5% klasgenoten met taalvaardigheid op of boven het streefniveau volgens de eindtoets tussen 2015 en 2019.
Mannelijke leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 69,5% klasgenoten met taalvaardigheid op of boven het streefniveau volgens de eindtoets tussen 2015 en 2019.
Vrouwelijke leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 70,0% klasgenoten met taalvaardigheid op of boven het streefniveau volgens de eindtoets tussen 2015 en 2019.
Leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 70,3% klasgenoten met taalvaardigheid op of boven het streefniveau volgens de eindtoets tussen 2015 en 2019.
Mannelijke leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 70,6% klasgenoten met taalvaardigheid op of boven het streefniveau volgens de eindtoets tussen 2015 en 2019.
Eindtoets rekenen
Mannelijke leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 41,0% klasgenoten met rekenvaardigheid op of boven het streefniveau volgens de eindtoets tussen 2015 en 2019.
Mannelijke leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 45,7% klasgenoten met rekenvaardigheid op of boven het streefniveau volgens de eindtoets tussen 2015 en 2019.
Leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 46,0% klasgenoten met rekenvaardigheid op of boven het streefniveau volgens de eindtoets tussen 2015 en 2019.
Leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 46,4% klasgenoten met rekenvaardigheid op of boven het streefniveau volgens de eindtoets tussen 2015 en 2019.
Mannelijke leerlingen in groep 8 die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld 47,0% klasgenoten met rekenvaardigheid op of boven het streefniveau volgens de eindtoets tussen 2015 en 2019.
Mannelijke leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld 48,2% klasgenoten met rekenvaardigheid op of boven het streefniveau volgens de eindtoets tussen 2015 en 2019.
Leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 48,7% klasgenoten met rekenvaardigheid op of boven het streefniveau volgens de eindtoets tussen 2015 en 2019.
Leerlingen in groep 8 die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld 49,1% klasgenoten met rekenvaardigheid op of boven het streefniveau volgens de eindtoets tussen 2015 en 2019.
Leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld 49,8% klasgenoten met rekenvaardigheid op of boven het streefniveau volgens de eindtoets tussen 2015 en 2019.
Leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 50,0% klasgenoten met rekenvaardigheid op of boven het streefniveau volgens de eindtoets tussen 2015 en 2019.
Vrouwelijke leerlingen in groep 8 die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld 51,4% klasgenoten met rekenvaardigheid op of boven het streefniveau volgens de eindtoets tussen 2015 en 2019.
Vrouwelijke leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen hebben gemiddeld 51,6% klasgenoten met rekenvaardigheid op of boven het streefniveau volgens de eindtoets tussen 2015 en 2019.
Vrouwelijke leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 51,8% klasgenoten met rekenvaardigheid op of boven het streefniveau volgens de eindtoets tussen 2015 en 2019.
Vrouwelijke leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 51,9% klasgenoten met rekenvaardigheid op of boven het streefniveau volgens de eindtoets tussen 2015 en 2019.
Leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 52,3% klasgenoten met rekenvaardigheid op of boven het streefniveau volgens de eindtoets tussen 2015 en 2019.
Mannelijke leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 52,6% klasgenoten met rekenvaardigheid op of boven het streefniveau volgens de eindtoets tussen 2015 en 2019.
Vrouwelijke leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 52,8% klasgenoten met rekenvaardigheid op of boven het streefniveau volgens de eindtoets tussen 2015 en 2019.
Leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 53,1% klasgenoten met rekenvaardigheid op of boven het streefniveau volgens de eindtoets tussen 2015 en 2019.
Mannelijke leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een hoog inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, hebben gemiddeld 53,5% klasgenoten met rekenvaardigheid op of boven het streefniveau volgens de eindtoets tussen 2015 en 2019.

mannelijk vrouwelijk laag inkomen middeninkomen hoog inkomen Nederlands Turks Marokkaans Surinaams Antilliaans

Jeugdbescherming

Jeugdbescherming voor groep-8-leerlingen
Onder leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft 0,4% een jeugdbeschermingsmaatregel.
Onder mannelijke leerlingen in groep 8 die opgroeiden in de gemeente Wageningen heeft 0,5% een jeugdbeschermingsmaatregel.
Onder leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft 0,6% een jeugdbeschermingsmaatregel.
Onder leerlingen in groep 8 die opgroeiden in de gemeente Wageningen heeft 0,7% een jeugdbeschermingsmaatregel.
Onder leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen heeft 0,7% een jeugdbeschermingsmaatregel.
Onder vrouwelijke leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft 0,9% een jeugdbeschermingsmaatregel.
Onder mannelijke leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft 0,9% een jeugdbeschermingsmaatregel.
Onder vrouwelijke leerlingen in groep 8 die opgroeiden in de gemeente Wageningen heeft 1,0% een jeugdbeschermingsmaatregel.
Onder vrouwelijke leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft 1,3% een jeugdbeschermingsmaatregel.
Onder vrouwelijke leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen heeft 1,4% een jeugdbeschermingsmaatregel.
Onder leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft 2,1% een jeugdbeschermingsmaatregel.
Onder leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft 2,5% een jeugdbeschermingsmaatregel.
Onder vrouwelijke leerlingen in groep 8, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft 3,0% een jeugdbeschermingsmaatregel.
Onder vrouwelijke leerlingen in groep 8 met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft 4,9% een jeugdbeschermingsmaatregel.
Jeugdbescherming voor 16-jarigen
Onder vrouwelijke 16-jarigen die opgroeiden in de gemeente Wageningen heeft 0,6% een jeugdbeschermingsmaatregel.
Onder vrouwelijke 16-jarigen, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft 0,7% een jeugdbeschermingsmaatregel.
Onder 16-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft 0,7% een jeugdbeschermingsmaatregel.
Onder vrouwelijke 16-jarigen met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen heeft 0,8% een jeugdbeschermingsmaatregel.
Onder 16-jarigen, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft 0,8% een jeugdbeschermingsmaatregel.
Onder mannelijke 16-jarigen, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft 0,8% een jeugdbeschermingsmaatregel.
Onder 16-jarigen die opgroeiden in de gemeente Wageningen heeft 0,9% een jeugdbeschermingsmaatregel.
Onder 16-jarigen met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen heeft 0,9% een jeugdbeschermingsmaatregel.
Onder vrouwelijke 16-jarigen, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft 0,9% een jeugdbeschermingsmaatregel.
Onder mannelijke 16-jarigen met een Nederlandse achtergrond die opgroeiden in de gemeente Wageningen heeft 1,0% een jeugdbeschermingsmaatregel.
Onder vrouwelijke 16-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft 1,0% een jeugdbeschermingsmaatregel.
Onder mannelijke 16-jarigen die opgroeiden in de gemeente Wageningen heeft 1,1% een jeugdbeschermingsmaatregel.
Onder 16-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft 1,1% een jeugdbeschermingsmaatregel.
Onder 16-jarigen, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft 1,2% een jeugdbeschermingsmaatregel.
Onder mannelijke 16-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een middeninkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft 1,3% een jeugdbeschermingsmaatregel.
Onder mannelijke 16-jarigen, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft 1,5% een jeugdbeschermingsmaatregel.
Onder vrouwelijke 16-jarigen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders een laag inkomen hadden en die opgroeiden in de gemeente Wageningen, heeft 1,5% een jeugdbeschermingsmaatregel.

mannelijk vrouwelijk laag inkomen middeninkomen hoog inkomen Nederlands Turks Marokkaans Surinaams Antilliaans

Ben je benieuwd hoe bevoorrecht jij zelf eigenlijk bent? Doe dan de 7 vinkjes test.